Bijgewerkt: 29 maart 2024

Middenweg 88 - 1960

Foto's -> Middelpolder -> Middenweg

Middenweg 88
(Bron: Eigen collectie - particulier)
Tekening Douwe van der Leest

Middenweg 88

Bewoners van de boerderij aan de Middenweg 88.
De heer Antonie Colijn werd geboren op 11 februari 1833 te Uitwijk (Noord-Brabant) en trouwde met Anna Verkuijl, een nicht van Matthijs van den Heuvel. Anna werd geboren op 28 juni 1844 te Eethen, een voormalige gemeente en dorp in de gemeente Aalburg (Noord-Brabant). Het echtpaar vestigde zich op 15 september 1868 in de Haarlemmermeer en kreeg 7 kinderen: Hendrikus - geboren op 22 juni 1869, Arie - geboren 18 november 1870, Pieter Adriaan - geboren 18 januari 1873 en overleden 24 april 1878, Anna - geboren 8 oktober 1874, Anneke Gerritje - geboren 10 februari 1876, Johannes - geboren 21 juli 1877, Pieternella Adriana - geboren 12 februari 1879.
Hun tweede kind, Arie (Antonie) Colijn, was vanaf 1891 de bewoner van de boerderij aan de Middenweg 88. Zijn oudere broer was Hendrikus (Hein) Colijn de later bekende minister-president. Maar dat ging niet zonder slag of stoot. Hein was in zijn jonge jaren een dwarse vent en zijn vader wilde dat hij ging leren en later de boerderij zou overnemen. Hein wilde echter soldaat worden en dat was zeer tegen de zin van zijn vader. Dat kwam vooral doordat Hein's ouders als gevolg van militair optreden het Land van Altena hadden verlaten, waar de vader van Anna Colijn-Verkuijl gevangen had gezeten vanwege de kerkelijke afscheiding in 1834. De woordenwisseling tussen vader en zoon Hein liep zo hoog op, dat Hein zijn vader toebeet: 'Ik verzuip me nog liever, dan dat ik jouw zin doe'. Zijn vader, ook niet mis, pakte zijn oudste zoon 'bij kop en kont' en duwde hem in de Ringvaart onder water, net zolang totdat Hein blauw zag. Toen Hein weer met zijn hoofd boven water kwam, vroeg zijn vader: 'Wil je nu doen wat ik je gevraagd heb?' 'Nee', antwoordde Hein, 'verzuip me maar'. Later is Hein voor onderwijzer gaan studeren en uiteindelijk een voor Nederland belangrijk en bekend politicus geworden.(*)

Arie's ouders, afkomstig uit Het Land van Heusden en Altena (Noord Brabant), waren naar de Haarlemmermeerpolder gekomen, een drooggemalen polder, waar zijn vader als landbouwer wel brood in zag. Na de lagere school volgde Arie de christelijke ULO in Hoofddorp en ging door in het landbouwonderwijs. Zijn interesse ging uit naar de economie. Hij koos voor een loopbaan als landbouwer en vestigde zich in 1891 in een pachtboerderij in de Middenpolder, ten oosten van Amstelveen. In 1895 trouwde hij met Geertruida Maria Nugteren die was geboren in Ridderkerk. Ze kregen 3 dochters en een zoon en behoorden tot de gereformeerde kerk aan de Handweg. Arie was naast allerlei andere activiteiten zoals brandmeester van Amstelveen, een paardenfokker en wilde het paardenras veredelen. Hij was in Amstelveen voorzitter van de Boerenbond en richtte een bond op voor melkveehouders. In 1913 werd hij voorzitter van de eerste Amstelveense woningbouwvereniging en vanaf 1918 tot zijn overlijden was hij ook voorzitter van het polderbestuur van de Middelpolder. Verder was hij politiek zeer actief binnen de ARP.

Zoon Hein werd zoals beschreven later ministerpresident en zoon Arie werd in 1916 aangesteld als burgemeester van Amstelveen. Tijdens de inhuldiging was er een feestelijke optocht met onder andere muziekverenigingen en een afdeling militairen. Onder het publiek was ook Antonie Colijn, de vader van de burgemeester, eenvoudig gekleed en op zijn witte klompen. Een man die naast hem stond vertelde hem dat zijn zoon zich bij de militairen bevond als korporaal(een lage militaire rang). Vervolgens vroeg hij aan zijn buurman of die soms ook familie of bekenden had die aan de optocht deelnamen. 'Jazeker' antwoordde Colijn, 'Ik ben de vader van de nieuwe burgemeester!(*)

(*) Beide anekdotes zijn verteld door Jan Leendert van den Heuvel, achterkleinkind van Matthijs van den Heuvel wiens zoon bevriend was met Arie Colijn. Matthijs' zoon was de grootvader van Jan Leendert van den Heuvel.

Burgemeester Colijn
(Bron: Burgemeesters van Amstelveen - Historische reeks no 5)

Antonie (Arie) Colijn, Burgemeester van Amstelveen van 1916-1932


Aanstelling
Zijn activiteit in de politiek leidde ertoe dat de heer Colijn op 23 mei 1916 bij Koninklijk Besluit werd benoemd als Burgemeester van Amstelveen, opvolger van Van Son en op 9 juni geïnstalleerd. Dit ondanks het voorafgaand verzet van de commissaris van de Koningin, die meldde dat hij bij Colijn de nodige aandacht en bekwaamheid miste om aan het hoofd van een Gemeente, van rond de 7200 mensen te staan.

Werk binnen de gemeente
Het was de tijd van de Eerste Wereldoorlog en Colijn droeg zorg voor de uitvoering van de Distributiewet en de levensmiddelenvoorziening. Tevens was er in 1916 een ernstige watersnoodramp met grote overstromingen van de gebieden in Waterland en de Zaanstreek. Colijn zette zich in voor het herbergen van het vee uit deze gebieden en een financiële ondersteuning. Daarnaast gaf Colijn veel geld uit aan onder meer de oprichting van het elektriciteitsbedrijf en waterleidingbedrijf. In zijn tijd werd Amstelveen uitgebreid met een bouwbeleid en ontstonden de wijken Patrimonium en Randwijck. In 1918 is hij verhuisd van de Middenweg naar de Ouderkerkerlaan 20, een groot huis met de naam Pretty Home.
Ook andere activiteiten werden onder Colijn's bewind uitgevoerd, zoals de aanleg van het Wandelpark (later Broersepark genoemd) en de bouw van een abattoir, postkantoor, belastingkantoor en politiebureau. In 1918 werd het gemeentebestuur officieel ingelicht over de nieuwe annexatieplannen van Amsterdam. De gemeenten Sloten, Watergraafsmeer en Buitenveldert wilde Amsterdam annexeren. Colijn heeft zich hier hevig tegen verzet, omdat hij het verkrijgen van universitair onderwijs binnen de grenzen van zijn gemeente wilde bewerkstelligen. In januari 1921 werd de annexatie toch bekrachtigd. In ieder geval heeft Colijn wel kunnen voorkomen dat Kostverloren, ten zuiden van de Kalfjeslaan, werd ingenomen.
Ook voor het onderwijs had Colijn oog. Zo werd rond 1922 de Julianaschool gesticht als tweede school van de Vereniging voor Christelijk onderwijs en in 1925 de Mulo en kwam er de derde openbare school (zie rubriek foto’s, categorie Gebouwen) de latere Van Speijkschool. Daarna werd de Roelof Venemaschool opgericht, de tweede school van de Vereniging voor Christelijk Nationaal Onderwijs. Op 23 november 1928 werd Colijns 12½ jarig jubileum als burgemeester uitgebreid gevierd. Ondanks dat, was er veel onvrede binnen de raad en B&W en ontstonden er veel conflicten. Dit ging met name over financiële kwesties. Zodoende vonden er diverse verschuivingen binnen de gemeenteraad plaats.

Afscheid
Van een afscheid als Burgemeester van Amstelveen was geen sprake. Geheel onverwacht overleed Colijn op 17 juni 1932 aan een hartverlamming. 's Middags had hij nog deelgenomen aan een drukke bijeenkomst van de AR-statenfractie in Amsterdam. Tijdens de afscheidsdienst zei de gemeentesecretaris: "Colijn was bij het gemeentepersoneel zeer geacht en geëerd, omdat hij vertrouwelijk met mensen omging. Men kon steeds bij hem aankloppen. Allen hielden van hem". De Amstelveense bewoners namen het initiatief om een monument ter nagedachtenis "van hun burgemeester Colijn" op te richten. In het Wandelpark werd in 1933 een monument onthuld. Zie Colijn monument. Hij werd begraven op Zorgvlied in het Burgemeesterlaantje, maar de grafsteen is zo vuil en een deel afgebroken, dat de foto hiervan niet geplaatst kan worden. Wie de grafsteen moet onderhouden is onbekend, maar het is een triest gezicht.(red. Amstelveenweb.com)
De onderstaande geschiedenis, is nog al onduidelijk. In verschillende acten wordt van alles beschreven over de Middenweg 88, maar hoe en wat nu precies van wie was is verwarrend. Kunt u meer duidelijkheid geven, mail naar: Stefan van Amstelveenweb.com..

Gemeentearchief Amstelveen betreft periode 1921-1940 Klapper blz 7
Mevrouw Isabella Wijnanda Nicolette Feis Gosschalk, wonende in Zwitserland te Dornbach, verkocht de boerderij - Paulahoeve op 1 maart 1920 voor ƒ 36.000,00 aan de heer Everhard, die als regent optrad voor de Stichting Rooms Catholiek Jongensweeshuis te Amsterdam. De boerderij bestond uit een huis, bijgebouwen, erf en landerijen, kadastraal bekend als Sectie H nrs 1232, 1233 en 1234 en Sectie I 1603 (afkomstig uit het vroegere nummer 1419), 1748 en 1749, beide afkomstig uit de vroegere nummers 1419, 1421 en 1422, samen groot 18.09.90 HA. De verdeling van de verschillende nummers was ontstaan na het overlijden van diverse leden van de familie Gosschalk.

Gemeentearchief Gemeente Amstelveen 1927
In een acte van 1926 staat beschreven dat de eigendommen van de in 1923 overleden heer Nagel Janszoon werden verdeeld onder zijn weduwe mevrouw P.A. Nagel - Colijn en zijn dochter Jannetje. Mevrouw Nagel - Colijn was ook eigenaresse van de woningen nr 81 en 83 aan de Middenweg, welke zij verhuurde. In 1927 bood mevrouw Nagel - Colijn haar eigendom, de Paulinahoeve, te huur aan.   De heer J. Lanser betrok met zijn gezin de hofstede. Zij staan als gezin beschreven in de acte als Johannes Lanser, 1923, Akke Kuperus, zijn echtgenote van 9 mei 1903 en hun kinderen Elizabeth (23-11-1923), Jan (1-09-1925) en Arie (29-2-1926). In februari 1928 verhuisden zij naar de Haarlemmermeer.

Eind december 1927 stond in het Amstelveensch Weekblad dat mevrouw Nagel-Colijn, samen met de heer Lanser een openbare verkoop hield à contant van:
12 kalfdragende koeien, 4 paarden, waaronder een lijnpaard, 5 drachtige zeugen, dekbeer, 3 vette varkens, 10 grote en 50 kleine schrammen, 4 lamsschapen, 1 brik met rondom glas, 1 dresseerkar, 1 melkwagen, 2 driewielde karren, 1 korenmaaimachine met toebehoren schoffelmachine, 1 aardappelrooimachine, landrol van ijzer, sleephek, bieten en hakselmachine, windmolen, 1 tilburytuig, 7 gareeltuigen, rieken, eggen, ploegen en verder landbouw en melkgereedschappen, ongeveer 10.000 kg best klaverhooi en een partij voorbieten, partij stro enz. enz.. (Uit bovenstaande valt op te maken dat de heer Lanser zetboer was).

Gemeentearchief Amstelveen 1937
Op 16 juli 1937 verkocht mevrouw P.A. Colijn Nagel zoals ze nu wordt benoemd, voor ƒ 22.057,75 haar perceel grond gelegen in het uitbreidingsplan voor Amstelveen in de Middelpolder, kadastraal bekend als Sectie H nr 4164 ter grootte van 3.39.35 HA. Zij mocht de huuropbrengst nog voor het gehele jaar behouden.

Uit het Amstelveensch/Ouderkerksch Weekblad van
vrijdag 16 december 1938:

"Aankoop boerderij. B&W stellen den raad voor van het R.K. Jongensweeshuis te Amsterdam aan te koopen de boerderij, gelegen aan den Middenweg 88, Middelpolder, bewoond door den heer C. Kea (vroeger bewoond door wijlen Burgemeester A. Colijn). Het geheel is groot ruim 18 H.A.. De koopprijs is ƒ 72.396,--. Vijf H.A. liggen tusschen den Middenweg en de Ruijslaan. Deze gronden zullen bestemd worden voor sportterreinen."

Gemeentearchief Amstelveen periode 1921-1941
In december 1938 kocht de Gemeente Nieuwer-Amstel de boerderij van het RK Jongensweeshuis, bewoond door de heer C. Kea tegen een verkoopprijs van ƒ 4.000,00 per hectare. Het totaal bedroeg 6 HA.

Middelpolder
(Foto Amstelveenweb.com - A.A.Sluijs)

Paulina's Hoeve is de naam van deze woning van Burgemeester Colijn.


Gemeentearchief Amstelveen Invnr 80 VII
De Paulinahoeve werd door de Gemeente verhuurd aan de heer Bos vanaf 1940. In 1947 vond er een restauratie aan de boerderij plaats voor ƒ 2.000,00.

Middelpolder
(Foto Amstelveenweb.com - Particuliere Collectie)

Kadastertekening Middenweg van de Middelpolder met onder andere Paulina's Hoeve


In 1960 sloot de heer Bos met de Gemeente een pachtovereenkomst af voor de boerderij, de woning en het omliggende land bekend als Sectie I nrs 1747 en 1603 gedeeltelijk, tezamen groot 0.98.10 HA. Hij mocht dit pachten totdat de ontruiming voor de uitbreidingsplannen Bankras/Kostverloren van kracht zouden zijn (31 december 1962).  Op 5 november 1963 verliet de heer Bos de woning en verhuisde naar de Surmontstraat 78. Hij vroeg de Gemeente een schadevergoeding van ƒ 45.000,00. Echter voordat er tot schadevergoeding werd overgegaan, was er een uitgebreide correspondentie over de pachtgelden gevoerd door de zoon van de heer Bos. In juli 1965 kende de Gemeente deze schadevergoeding toe. Inmiddels woonde de heer Bos (75 jaar)  toen op Rembrandtweg 333.

Klik hier voor andere foto's in de categorie Middelpolder