50 procent van de arbeidsgehandicapten werkt niet
Nieuws -> InformatiefBron: CBS
18-07-2016
In 2015 telde Nederland 1,7 miljoen mensen tussen de 15 en 75 jaar die aangaven, dat ze door een langdurige ziekte, aandoening of handicap belemmerd werden in het krijgen of uitvoeren van werk. Bijna 400 duizend van deze arbeidsgehandicapten waren tussen de 25 en 45 jaar oud. Van hen was de helft niet actief op de arbeidsmarkt. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
In de leeftijdsgroep die gemiddeld genomen de hoogste arbeidsparticipatie heeft, de 25- tot 45-jarigen, had 9,4 procent een arbeidshandicap. Dit zijn bijna 400 duizend mensen. De helft van hen behoort niet tot de beroepsbevolking: zij hebben niet recent naar werk gezocht, of zijn hiervoor niet direct beschikbaar. Dat percentage is veel hoger dan onder de 25- tot 45-jarigen zonder arbeidshandicap, van wie 8 procent niet actief is op de arbeidsmarkt.
(Bron CBS - 2016)
Werkloosheidspercentage van 25- tot 45-jarigen in 2015
Minder dan de helft van arbeidsgehandicapten heeft betaald werk. Van de 25- tot 45-jarigen met een arbeidshandicap had 42 procent betaald werk. Van de 194 duizend die tot de arbeidsgehandicapte beroepsbevolking worden gerekend, waren er 27 duizend (14 procent) werkloos. Bij niet-arbeidsgehandicapten was het percentage met betaald werk ruim twee keer zo hoog (87 procent), en lag het werkloosheidspercentage met 5 procent veel lager.
Met arbeidshandicap minder vaak een vast dienstverband. Werkzame arbeidsgehandicapten tussen de 25 en 45 jaar hebben minder vaak een vast dienstverband dan niet-arbeidsgehandicapten: respectievelijk 63 en 69 procent. Ze werken vaker als werknemer met een flexibel dienstverband (21 vs. 17 procent), of als zzp’er (14 vs. 10 procent). Dit geldt zowel voor mannen als vrouwen. Vooral in dienstverlenende beroepen werken naar verhouding veel personen met een arbeidshandicap. Zij zijn bijvoorbeeld werkzaam als kapper, schoonheidsspecialist, of schoonmaker.
Een op de vijf arbeidsgehandicapten wil meer uren werken. Een op de vijf werkzame arbeidsgehandicapten tussen de 25 en 45 jaar zou graag meer uren willen werken. Bijna 10 procent wil liever minder uren en iets meer dan 70 procent wil niet meer, of minder uren werken. Degenen zonder arbeidshandicap geven vaker aan hun arbeidsduur niet te willen veranderen. Hierbij speelt een rol, dat niet-arbeidsgehandicapten vaker dan arbeidsgehandicapten voltijd werken. Minder voltijders dan deeltijders willen hun arbeidsduur veranderen. Arbeidsgehandicapte mannen geven vaker dan niet-arbeidsgehandicapte mannen aan minder te willen werken. Het betreft vooral mannen met een arbeidshandicap die fulltime werken.