Adequate restauratie wordt betwist
Nieuws -> GemeenteBron: Amstelveens Nieuwsblad
08-07-2005
Een deel van het gemeentelijk openbaar kunstbezit is inzet van een langdurig conflict tussen de verzekeringsmaatschappij van de gemeente, Achmea, en het schoonmaakbedrijf CSU dat eind jaren negentig het raadhuis schoonhield.
Vandaag zou de zaak voor vonnis komen, maar bij het sluiten van deze krant was niet zeker of dat ook ging gebeuren.
Achmea claimt zo'n € 35.000,- van CSU, dat wordt vertegenwoordigd door Van der Pas advocatuur, voor waterschade aan kunstwerken. Volgens de gemeente is dit bedrag gebruikt voor de reparatie en restauratie van een groot aantal doeken, dat beschadigd zou zijn door nalatigheid van het schoonmaakbedrijf.
CSU verwijt de gemeente dat de schade aan de kunstwerken is opgelopen door weinig doortastend optreden. Tegenstrijdige verklaringen van ambtenaren zouden een en ander voeden.
Uit een poging tot reconstructie en gesprekken met betrokkenen komt een beeld naar voren van een lokale overheid die zich weinig gelegen laat liggen aan het kunstbezit, waarvan grote delen in rommelige depots zijn opgeslagen en waarvan een goede inventarisatie ontbreekt.
De aanleiding van het conflict dateert van eind 1998. Als gevolg van het losschieten van een waterslangkraan aan een zeepdoseermachine overstroomt de kelder van het raadhuis en raakt een deel van het gemeentelijk kunstbezit, zowel verkregen via de beeldend kunstenaarsregeling (BKR) als aangekocht, beschadigd.
De precieze oorzaak van de wateroverlast is tot op de dag vandaag onzeker. Of er sprake is van nalatigheid of baldadigheid door derden is niet bekend.
Snelheid van reactie op wateroverlast cruciaal
Het conflict rond de beschadigde kunstwerken spitst zich toe op de reactie van de gemeente op de wateroverlast. Was deze adequaat of niet?
Volgens verklaringen van sommige ambtenaren is er binnen 24 uur na de waterschade gereageerd. De beschadigde doeken zouden uit de lijsten verwijderd zijn en te drogen zijn gelegd. Later zouden er reparaties en restauraties aan alle beschadigde doeken zijn verricht. Anderen ontkennen dit.
De gemeente wil de kosten van reparatie en restauratie verhalen op de 'veroorzaker' CSU, die op zijn beurt om overzichten en rekeningen vraagt, die het nog niet heeft ontvangen. Verder is aangedrongen op een bezoek aan alle gerestaureerde werken. Ook daarop is door de gemeente nog niet ingegaan. CSU bestrijdt de adequate reparatie van restauratie van alle schade en voelt zich daarin gesterkt door de late taxatie van de schade. Een expert heeft voor Achmea na meer dan een jaar na de wateroverlast de schade vastgesteld. Deze zou min of meer met de 'natte vinger' te werk zijn gegaan.
Maandag rond het middaguur heeft deze krant bij de gemeentelijke afdeling communicatie het verzoek gedaan voor een inventarisatie van het gemeentelijk kunstbezit, de staat ervan, alsmede de waarde. Bij het sluiten van de krant was er geen reactie. Van de kant van Van der Pas advocatuur komt namens CSU geen reactie zolang de kwestie onder de rechter is.
door Henk Godthelp
Vandaag zou de zaak voor vonnis komen, maar bij het sluiten van deze krant was niet zeker of dat ook ging gebeuren.
Achmea claimt zo'n € 35.000,- van CSU, dat wordt vertegenwoordigd door Van der Pas advocatuur, voor waterschade aan kunstwerken. Volgens de gemeente is dit bedrag gebruikt voor de reparatie en restauratie van een groot aantal doeken, dat beschadigd zou zijn door nalatigheid van het schoonmaakbedrijf.
CSU verwijt de gemeente dat de schade aan de kunstwerken is opgelopen door weinig doortastend optreden. Tegenstrijdige verklaringen van ambtenaren zouden een en ander voeden.
Uit een poging tot reconstructie en gesprekken met betrokkenen komt een beeld naar voren van een lokale overheid die zich weinig gelegen laat liggen aan het kunstbezit, waarvan grote delen in rommelige depots zijn opgeslagen en waarvan een goede inventarisatie ontbreekt.
De aanleiding van het conflict dateert van eind 1998. Als gevolg van het losschieten van een waterslangkraan aan een zeepdoseermachine overstroomt de kelder van het raadhuis en raakt een deel van het gemeentelijk kunstbezit, zowel verkregen via de beeldend kunstenaarsregeling (BKR) als aangekocht, beschadigd.
De precieze oorzaak van de wateroverlast is tot op de dag vandaag onzeker. Of er sprake is van nalatigheid of baldadigheid door derden is niet bekend.
Snelheid van reactie op wateroverlast cruciaal
Het conflict rond de beschadigde kunstwerken spitst zich toe op de reactie van de gemeente op de wateroverlast. Was deze adequaat of niet?
Volgens verklaringen van sommige ambtenaren is er binnen 24 uur na de waterschade gereageerd. De beschadigde doeken zouden uit de lijsten verwijderd zijn en te drogen zijn gelegd. Later zouden er reparaties en restauraties aan alle beschadigde doeken zijn verricht. Anderen ontkennen dit.
De gemeente wil de kosten van reparatie en restauratie verhalen op de 'veroorzaker' CSU, die op zijn beurt om overzichten en rekeningen vraagt, die het nog niet heeft ontvangen. Verder is aangedrongen op een bezoek aan alle gerestaureerde werken. Ook daarop is door de gemeente nog niet ingegaan. CSU bestrijdt de adequate reparatie van restauratie van alle schade en voelt zich daarin gesterkt door de late taxatie van de schade. Een expert heeft voor Achmea na meer dan een jaar na de wateroverlast de schade vastgesteld. Deze zou min of meer met de 'natte vinger' te werk zijn gegaan.
Maandag rond het middaguur heeft deze krant bij de gemeentelijke afdeling communicatie het verzoek gedaan voor een inventarisatie van het gemeentelijk kunstbezit, de staat ervan, alsmede de waarde. Bij het sluiten van de krant was er geen reactie. Van de kant van Van der Pas advocatuur komt namens CSU geen reactie zolang de kwestie onder de rechter is.
door Henk Godthelp