Amstelveen toont haar kunstschatten aan het publiek

Deze zomer toont de gemeente Amstelveen haar kunstschatten aan een breed publiek. Van 2 juli tot en met 25 september 2022 is de tentoonstelling Verzameld voor Amstelveen – de gemeentelijke kunstcollectie te zien. Deze vindt plaats op twee plekken: in het Cobra Museum voor Moderne Kunst en in Museum JAN. De tentoonstelling is op beide locaties gratis toegankelijk voor alle inwoners van Amstelveen.

Verzameld voor Amstelveen bevat naast topstukken uit het verleden ook de nieuwste gemeentelijke aanwinsten. De gemeente heeft dit jaar vier kunstenaars uitgenodigd om te reflecteren op de collectie. Het publiek krijgt de primeur van deze hedendaagse kunstwerken.

(Foto Gemeente Amstelveenweb.com - 2022)
Marloes Vereecken stagiair kunst en cultuur en wethouder Herbert Raat bij het kunstdepot in het raadhuis van Amstelveen in februari 2022


Toonaangevende kunstcollectie. De gemeente Amstelveen heeft in de afgelopen 70 jaar een collectie met toonaangevende beeldende kunst opgebouwd. Rond 1955 begon de gemeente met verzamelen. De keuze voor bepaalde werken of kunstenaars was afhankelijk van het beschikbare budget en de betrokken bestuurders. De gemeente gaf zelf opdrachten of kocht bij kunstenaars, galeries en het toenmalig Expositiecentrum Aemstelle. De complete kunstcollectie is inmiddels geïnventariseerd en gedigitaliseerd. Hierbij zijn prachtige werken naar voren gekomen van bijvoorbeeld Melanie Bonajo en Edgar Fernhout.

Cobra Museum voor Moderne Kunst en Museum JAN. De tentoonstelling Verzameld voor Amstelveen is verdeeld over twee Amstelveense musea. In het Cobra Museum voor Moderne Kunst wordt een selectie kunstwerken uit het gemeentelijke depot getoond. De opdrachten, aankopen en schenkingen laten een veelzijdige verzameling zien met bekende namen uit de Nederlandse kunstgeschiedenis van de jaren zestig tot en met het heden. Het publiek zal kennismaken met Amstelveense kunstenaars zoals Gerard Schäperkötter en Jaap Egmond, en internationaal bekende kunstenaars als Corneille en Melanie Bonajo.

In Museum JAN staat de Topografische Atlasvan Amstelveen centraal. Vanaf 1958 geeft de gemeente kunstenaars de opdracht om de veranderingen in het landschap in en rondom Amstelveen vast te leggen. Het resultaat: een rijke collectie aquarellen, enkele schilderijen en tekeningen, die af en toe is aangevuld met aankopen. Een selectie hiervan is te zien in de tentoonstelling, gecombineerd met opdrachten naar aanleiding van de publicatie Zo zie ik Amstelveen uit 1989 en drie nieuwe aanwinsten.

'Het beloven twee prachtige tentoonstellingen te worden die met zorg zijn samengesteld in samenwerking met de beide musea. We hopen op een hoge opkomst deze zomer. Door het gratis toegankelijk te maken voor iedereen in Amstelveen nemen we eventuele financiële belemmeringen weg. Op deze manier kan iedereen genieten van de rijke collectie kunstwerken die lange tijd niet voor het publiek te zien was. Dit past binnen ons cultuurbeleid De Stad als Podium dat als doel heeft om kunst en cultuur bereikbaar te maken voor alle Amstelveners' - zegt Herbert Raat (VVD) wethouder Kunst en Cultuur.


(Foto Amstelveenweb.com - 2022)

Een schilderij van kunstenaar Gerard Schäperkötter (1914-2006). Hij was een ingetogen kunstenaar die zeer rustig zijn doeken en gouaches componeerde. Vanuit zijn herinnering en verbeelding creëerde hij een nieuwe werkelijkheid. Daarbij liet Schäperkötter zich inspireren door het expressionisme van de Cobra-beweging en École de Paris. Zijn benadering van het medium was spontaan en vrij en leidde - na een figuratieve aanlooptijd in de jaren 1960 en 1970 - tot krachtige composities. De kunstwerken van Schäperkötter kenmerken zich door de afwisseling van lyrisch abstractie en indringend kleurgebruik. Veel voorkomende thema's zijn stranden, muren en tuinen

Nieuwste aanwinsten. De gemeente breidt de kunstcollectie uit met werken van hedendaagse kunstenaars die in de regio gevestigd zijn en zet zo de traditie als opdrachtgever voort. Vier kunstenaars zijn gevraagd om nieuw werk te maken dat aansluit op de tentoonstelling Verzameld voor Amstelveen. Deze aanwinsten worden in de tentoonstellingen gepresenteerd.

Johannes Verwoerd (1985) ontsluit via augmented reality de getoonde werken uit de gemeentelijke collectie in het Cobra Museum voor Moderne Kunst, zowel in het museum als op straat. Rondom de Topografische Atlas in Museum JAN brengen Jaehun Park (1986), Mitchell Thar (1991) en Yana Naidenov (1988) de ruimtelijke ontwikkeling van Amstelveen in beeld. De inhoudelijke aandacht voor het landschap is daarbij onveranderd, maar de manier van vastleggen eigentijdser: van digitale sculpturen tot fysieke installaties. Aanvullende informatie is te vinden op de websites van Visit Amstelveen, Museum JAN en het Cobra Museum voor Moderne Kunst.

De Beeldende Kunstenaars Regeling (BKR) was van 1956 tot 1987 een regeling in Nederland, waardoor kunstenaars in ruil voor hun diensten of kunstwerken een inkomen konden krijgen. Ze werd voorafgegaan door de Contraprestatieregeling (1949-1956). Toen de regeling verviel konden kunstenaars een beroep doen op de Algemene bijstandswet. Pas in 1999 trad de WIK in werking die ook een inkomensvoorziening voor kunstenaars vanuit Sociale Zaken was.

Steeds meer kunstenaars maakten gebruik van de BKR en ze wilden dat de BKR onder het ministerie van Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM) zou vallen en niet meer onder Sociale Zaken. Het Rijk ging niet op deze eis in en omdat de BKR te duur werd, werden de toelatingseisen strenger. De protesten liepen op en op 11 juni 1969 bezette een groep kunstenaars de Nachtwachtzaal in het Rijksmuseum. De hoeveelheid via de BKR verworven kunstwerken groeide in 1976 vele gemeenten boven het hoofd. Deze gemeenten hadden vaak een omvangrijke collectie die zij niet goed konden beheren, omdat expertise en tijd ontbrak.

Van de ongeveer 221.000 kunstwerken die het Rijk toen in huis had dankzij de regeling, werden er ongeveer 120.000 geschonken aan instellingen die de werken vaak al, als bruikleen van het Rijk, in huis hadden voor wandversiering. 93.000 werken kwamen terecht bij de speciaal hiervoor in het leven geroepen Stichting Kunstwegen 1994-1998, die vervolgens 40.000 werken teruggaf aan de kunstenaars en 48.000 kunstwerken schonk aan 51 niet-commerciële kunstuitlenen, waaronder 43.000 werken aan SBK Amsterdam, Stichting Beeldende Kunst Amsterdam. Ook schonken gemeenten werken aan de Stichting Verborgen Kunst, die de werken op de markt brengt. De regeling ging aan zijn eigen succes ten onder en werd afgeschaft door toenmalig minister van Cultuur Elco Brinkman in 1987.