Burgers en politie gaan steeds beter samenwerken in Nederland

Uit de cijfers over 2017 van de landelijke opsporingscommunicatie van de Politie Nederland blijkt dat burgers en politie steeds meer en beter samenwerken in opsporingsonderzoeken. Vooral opsporings-tv is belangrijk als het gaat om verdachten vinden. In 2017 werden 356 zaken landelijk uitgezonden, waarbij in 152 zaken, mede door tips van burgers verdachten zijn aangehouden. Dat is 43 procent van alle zaken. Dit maakte korpschef Erik Akerboom bekend in de uitzending van Opsporing Verzocht op 1 mei 2018.

Er worden veel actuele zaken behandeld in de uitzending van Opsporing Verzocht. Vroegtijdig inschakelen van Opsporingscommunicatie levert veel bruikbare tips op voor het onderzoeksteam. In de opsporingsprogramma’s komen allerlei soorten criminaliteit aan bod van diefstal bankpas tot moordzaken. Vooral overvallen stonden het afgelopen jaar op de agenda. Van de 356 zaken ging het in 104 gevallen om een overval c.q. woningoverval. De delicten diefstal en levensdelicten kwamen beiden 44 keer in de uitzending.

Top tien. Politie en Openbaar Ministerie werken bij opsporingsberichtgeving samen met de programma’s Opsporing Verzocht, Hart van Nederland en Goedemorgen Nederland. Het publiek dat naar Opsporing Verzocht kijkt en reageert is hoog. Het programma staat steevast in de top tien van meest bekeken programma’s met gemiddeld 1,2 miljoen kijkers . Het programma brengt de meeste zaken waarbij politie en OM landelijk de hulp nodig vraagt van het publiek. Zo zijn er 353 zaken in Opsporing Verzocht getoond. In 151 van deze  zaken werden aanhoudingen verricht. Van 105 zaken maakten we een reconstructies. Het resultaat mag er zijn. In 48  van deze reconstructie zaken werden aanhoudingen verricht.

In 2017 waren er 52 zaken die zowel in Opsporing Verzocht als Hart van Nederland werden getoond. Van dat aantal werden dankzij informatie in 30 zaken aanhoudingen gedaan. Drie zaken werden alleen in Hart van Nederland besproken, waarbij in één zaak verdachten werden aangehouden. Naast landelijke programma’s zet de politie ook regionale opsporingsprogramma’s in en gebruikt het de eigen regionale en landelijke social media accounts, om zo veel mogelijk burgers te bereiken.