De zomertijd begint op zondag 27 maart 2022

In de nacht van zaterdag 26 maart 2022, op zondag 27 maart 2022 worden alle klokken op zondagochtend vroeg één uur vooruit gezet van 02:00 naar 03:00 uur, want Nederland is gelegen in de zone, waarin de Midden-Europese tijd geldt.

De zomertijd is de tijd van de dag, meestal één uur vervroegd ten opzichte van de zonetijd, die gedurende een bepaalde periode in het zomerhalfjaar (en vaak iets daarna) als wettelijke tijd geldt. Een dergelijke regeling wordt bijna alleen toegepast in landen in de gematigde zones.

(Bron Amstelveenweb.com - 2022)

In de nacht van zaterdag op zondag 27 maart 2022 worden de klokken om 2 uur een uur vooruit gezet

De Midden-Europese zomertijd gaat in op de laatste zondag van maart om 2.00 uur MET (Central European Time, CET) door het uur met één uur op te schuiven van 2.00 uur naar 3.00 uur. Het eindigt op de laatste zondag van oktober om 3.00 uur door het uurwerk één uur terug te zetten van 3.00 uur naar 2.00 uur.

Sinds mensenheugenis is de plaatselijke zonnetijd, die wordt bepaald door de uurhoek van de zon, het tijdsysteem voor dagelijks gebruik. Dit betekent dat het om 12 uur 's middags (het tijdstip, waarop de zon op haar hoogste stand staat) en om middernacht 0 uur is. Om de plaatsgebondenheid van de tijd - een geografisch lengteverschil van één graad komt overeen met een tijdsverschil van 4 minuten - binnen een land op te heffen, werd op de Internationale Meridiaanconferentie van 1884 een wereldomvattend systeem van 24 tijdzones gecreëerd, elk met een oost-west-uitbreiding van ongeveer 15° geografisch lengteverschil, uitgaande van de nulmeridiaan van Greenwich.

Elke tijdzone kreeg een zonetijd toegewezen die (volgens de toenmalige definitie) gelijk was aan de gemiddelde zonnetijd van de gemiddelde meridiaan van de zone met de geografische lengtegraden 0°, 15°, 30°, ... ten oosten en westen van Greenwich. De zonetijden van twee aangrenzende zones verschillen precies één uur. De tijd van een zone loopt gelijkmatig en is uniform binnen de landen van dezelfde tijdzone.

Als aan deze voorwaarden is voldaan, wijkt hij zo weinig mogelijk af van de plaatselijke zonnetijd. Het verschil tussen de plaatselijke zonnetijd en de zonetijd van een plaats is negatief ten oosten van de centrale meridiaan en positief ten westen ervan, en op voorwaarde dat de grenzen van de tijdzones ruwweg overeenkomen met hun natuurlijke positie - wat tegenwoordig vaak niet meer het geval is - is de omvang van dit verschil nergens beduidend groter dan een half uur gemiddeld op jaarbasis.