De 20ste Indiëherdenking in Amstelveen
Nieuws -> InformatiefBron: Amstelveenweb/St. Herdenking Gevallenen
15-08-2016
De redactie van Amstelveenweb woonde op zondag 14 augustus 2016 voor de 10de keer de Indië herdenking in het Broersepark bij. Nederland hield deze herdenking voor de 71ste keer en in Amstelveen werd deze herdenking voor de 20ste keer gehouden, om direct maar met wat statistieken te beginnen. Deze keer leek het een mooie avond te worden en dat was het ook. Bijna alle stoelen waren bezet in het stille en prachtig onderhouden Broersepark.
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
19 uur 18 en bijna alle stoelen zijn bezet in het Broersepark
Op 15 augustus 1945 kwam er een einde aan de Tweede Wereldoorlog in Zuidoost-Azië en daarmee voor het hele Koninkrijk der Nederlanden. Ons land herdenkt jaarlijks officieel op deze dag bij het Indisch Monument in Den Haag, alle slachtoffers van de Japanse bezetting: burgers en militairen, vrouwen, mannen en kinderen binnen en buiten de Japanse kampen. 15 augustus symboliseert het gevoel verlost te zijn van de dreiging die je de hele oorlog door voelt.
Oost West Thuis Best? is dit jaar het thema. Het gaat over het verlangen naar een thuis dat er door oorlogsgeweld niet meer is, over het gedwongen verlaten van huis en haard tijdens en na de oorlog in Nederlands-Indië, over het wrange gevoel van ontheemding dat tot op de dag van vandaag door velen wordt gevoeld. Dit thema werd ook in Amstelveen gevolgd en bij de toespraken bleek inderdaad dat tot vandaag de dag, het thema zeer gevoelig blijft.
Ella van de Ven, beeldhouwer. Zij maakte niet alleen het Indië monument, maar ook andere herdenkingsmonumenten
Het Indiëmonument in Amstelveen symboliseert alle gevallenen en oorlogsslachtoffers van welke oorlog, of vredesmissie dan ook en elk jaar op 14 augustus gedenken de nabestaanden in het bijzonder, de gevallenen en slachtoffers in het voormalig Nederlands-Indië en Nieuw-Guinea. Het is dit jaar 71 jaar geleden, dat Japan capituleerde. De overgave van Japan werd aangekondigd door keizerlijk Japan op 15 augustus en formeel op 2 september 1945 ondertekend, waardoor de vijandigheden van de Tweede Wereldoorlog tot een einde kwamen. Stemmige muziek van een koperensemble van Fanfarekorps Nationale Reserve o.l.v. adjudant Ralf Goddrie omlijstte de gehele ceremonie.
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Gastvrouw Jacqueline Schäfer begeleidt de ceremonie
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Het Vaandel van de Bond van Wapenbroeders wordt naar het monument gedragen
Na de welkomstwoorden van gastvrouw Jacqueline Schäfer, die in naam van de Stichting Gevallenen en Slachtoffers in Nederlands-Indië iedereen hartelijk welkom heette, begon de herdenking na het intreden van het Vaandel van de Bond van Wapenbroeders. Nadat de wapenbroeders hun plaats hadden ingenomen werd de herdenking ingeleid door Clemens Bouwens voorzitter van de Stichting Herdenking Gevallenen en Slachtoffers in Nederlands-Indië.
Toespraak van dhr. J.C.E.M. Bouwens, voorzitter van de Stichting Herdenking Gevallenen en Slachtoffers in Nederlands-Indië:
'Geachte dames en heren, dierbare aanwezigen,
Van harte heet ik u welkom bij de jaarlijkse herdenking van alle Gevallenen en Slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog in het algemeen en die in Nederlands Indië in het bijzonder. Op 15 augustus 1945 - morgen 71 jaar geleden - capituleerde Japan. Daarmee kwam er een einde aan de oorlog in Zuidoost-Azië en tegelijk van de Tweede Wereldoorlog voor het Koninkrijk der Nederlanden. Al kwam er - na jaren van ontberingen en overheersing - een einde aan die vreselijke oorlog, van een bevrijding was geen sprake. Op de oorlog volgde een chaotische periode. Velen konden de kampen lange tijd niet verlaten. Vele anderen werden alsnog geïnterneerd. De Tweede Wereldoorlog kostte duizenden in Nederlands Indië het leven. Japan maakte meer dan 42.000 militairen krijgsgevangen. Zij werden onder meer te werk gesteld aan de beruchte Birmaspoorlijn en de Pekanbaroe Spoorlijn op Sumatra.
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
dhr. J.C.E.M. Bouwens, voorzitter van de Stichting Herdenking Gevallenen en Slachtoffers in Nederlands-Indië aan het woord
Al met al kwamen circa 100.000 krijgsgevangenen om het leven bij het aanleggen van de spoorlijnen, een onwaarschijnlijk hoog aantal. Deze hoge sterfte werd veroorzaakt door dwangarbeid en mishandeling in combinatie met het onthouden van voedsel, medicijnen en medische behandeling. Het zorgde voor zowel lichamelijke als geestelijke uitputting. Ook de Japanse transporten van krijgsgevangenen over zee eisten een hoge tol. Ik denk dan bijvoorbeeld aan de 5.600 slachtoffers aan boord van de Junyo Maru op de Indische Oceaan in september 1944, een van de grootste scheepsrampen in de geschiedenis. Vanavond gedenken wij alle gevallenen, de onschuldige burgers en de omgekomen (onbekende) soldaten. Voor de 20ste keer komen wij hier samen bij dit mooie monument van Ella van de Ven om de gevallenen en slachtoffers te gedenken. Om samen in de spiegel van het verleden te kijken. Hier staan wij dan … zij aan zij met de nabestaanden … schouder aan schouder met de betrokken veteranen, zij die dienden in de overzeese gebieden van Nederlands Indië en Nederlands Nieuw Guinea … en hebben wij diep respect voor allen die deze donkere periode uit onze geschiedenis hebben weten te overleven.'
Wat hebben die mensen doorstaan: ziekte, onderdrukking, ongemakken, uitputting, het gevoel niets voor te stellen, dwangarbeid. In de jappenkampen zijn mensen mishandeld en vernederd. Mensen werden als beesten behandeld. Het is bijna niet voor te stellen. Als wij de geschiedenisboeken er op nalezen, zijn het abstracte verhalen. Als we de overlevers aan het woord laten, worden het persoonlijke herinneringen die diepe indruk op ons maken. Getuigenissen aan de nagedachtenis aan alle slachtoffers. Wij zijn dan ook dankbaar, dat mevrouw Noordam - Weygers hier vanavond haar verhaal met ons wil delen. Als 12-jarige werd zij in 1942 geïnterneerd. Zij overleefde drie kampen op Midden-Java. In een van de kampen verzorgde zij de varkens. Als de Jap even niet keek, at zij het afval voor de varkens zelf op, of haalde het uit hun bek. Zo wist zij te overleven. Diep respect… Fijn, dat u hier vanavond bent.
Vandaag de dag mogen wij hier leven in vrijheid. Vrijheid, waar hard voor is gevochten. Waar mensen hun leven voor hebben gegeven, zowel tijdens de oorlog als tijdens de nasleep daarvan. ‘Er is niets dat zo snel went als vrede’ aldus onze Koning in mei dit jaar toen hij het Europees Parlement in Brussel toesprak. Vanzelfsprekend is het niet. Wij mogen hier wat mij betreft dan ook niet te lichtzinnig mee omgaan. Laten wij de kwetsbare vrede koesteren. Laten wij straks na het signaal Taptoe stilstaan bij alle gevallenen en slachtoffers, laten wij denken aan hen die vielen voor onze vrijheid. Op dat wij hen niet vergeten.'
Na de toespraak van de voorzitter kwam mevrouw Mirjam van ’t Veld, burgemeester van Amstelveen naar de microfoon en hield haar toespraak:
'Jongens en meisjes, Dames en heren,
Het doet goed u vanavond weer met zovelen in dit Broersepark te ontmoeten. Met onze blik in eerbied gericht op het zo indringend vormgegeven Indië-monument. Een monument voor hen die een zwarte bladzijde in onze geschiedenis niet hebben overleefd. Een monument, dat ook is bedoeld voor hen die daarover nog kunnen spreken en vertellen. Zodoende eveneens een verstilde plek ter herdenking, herinnering en overdenking. En óók bedoeld voor volgende generaties!
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Mirjam van 't Veld, burgemeester van Amstelveen tijdens haar toespraak
Om stil te staan bij het verleden en om de waarschuwing die daarvan uitgaat serieus te nemen. Want herdenken gaat niet alleen over toen, maar ook over nú. Wanneer je als bezoeker tussen de beide delen van het monument in staat, kun je je spiegelen in het verleden. Maar je voelt je tegelijkertijd omringd door het heden. En dát is ook het gevoel, dat vandaag bij mij overheerst. Ik aanschouw het verleden en zie het in een andere vorm terug in het heden. Maar met dezelfde verschrikkelijke kenmerken als voorheen.
"Oost West Thuis Best?" is dit jaar het landelijk thema rond de Indië-herdenking. Daarbij gaat het over het verlangen naar een thuis, dat er door oorlogsgeweld niet meer is. Het gaat over het gedwongen verlaten van huis en haard tijdens en na de oorlog in Nederlands-Indië. Over het wrange gevoel van gruweldaden en ontheemding, dat tot op de dag van vandaag door velen wordt gevoeld. Voor mensen van de eerste generatie, hier vandaag aanwezig, duurt dat verlangen al meer dan 70 jaar voort. Maar geconfronteerd met oorlogsellende zijn in de afgelopen periode ook vele mensen naar ons land gekomen. In een situatie terechtgekomen die bij hen wellicht nog niet geheel is doorgedrongen. De schok is nog vers en wordt nog dagelijks gevoed met nieuwe beelden van geweld. En zoals uw verhalen helpen het verleden te begrijpen, zo doen de verhalen van vandaag dat ook. We kijken naar vandaag en zien het in Nederlands-Indië ondervonden leed weerspiegeld. Op een avond als deze realiseer ik mij des te meer, dat ik tot een bevoorrechte generatie Nederlanders behoor. Een generatie die nooit aan den lijve een oorlog heeft ondervonden. Een steeds groter deel van onze bevolking kent de verhalen van de verschrikkingen in Nederlands-Indië alleen uit overlevering. En vandaag zijn er nog slechts enkelen onder u die ooggetuigen waren. Die daadwerkelijk het leed beleefden. Onze inwoonster mevrouw Nora Valk is er daar één van.
Twee jaar geleden vertelde zij hier haar aangrijpende verhaal over haar kampervaringen. Over niet opgeven en over hoop. En sprak zij over vergeving en vergevingsgezindheid! Dit bracht mij er toe om - na overleg met haar - het initiatief te nemen tot een gesprek tussen mevrouw Nora Valk en de Japanse Ambassadeur in ons land. En onlangs vond dit gesprek op mijn kamer op het raadhuis plaats. Mevrouw Valk bracht haar levensverhaal op een krachtige en zeer aansprekende manier over aan de Ambassadeur. En zij gaf daarbij in even duidelijke als emotionele bewoordingen aan, dat haar haat tegen Japan en de Japanners voorbij is. Maar dat niet vergeten kan worden wat heeft plaatsgevonden. Ik was geroerd door de houding van zowel Nora Valk als de Ambassadeur. Twee mensen - samengebracht door verschrikkelijke gebeurtenissen in het verleden - nu in een verzoenend gesprek. Een gesprek dat ik in één woord wil samenvatten: Moed! Moed bij mevrouw Nora Valk, moed bij de Japanse Ambassadeur. Vanavond wilde ik u hiervan graag deelgenoot maken. Om te benadrukken, dat twee mensen – vanuit een verschillende achtergrond en van verschillende generatie – dat deze twee mensen synoniem kunnen staan voor een wereld met ruimte voor elkaars opvattingen. Voor een wereld die openstaat voor verzoening! Laten we er ook inspiratie uit putten. Inspiratie voor onze en komende generaties voor het overbrengen van de verhalen. Daarom ook hebben wij als College van B en W álle leerlingen van de groepen 8 van de basisscholen in Amstelveen het boek “Op zoek naar jou” cadeau gegeven. Een boek, gebaseerd op het verhaal van mevrouw Nora Valk. Ook dit jaar hebben weer vele leerlingen meegedaan aan het scholenproject Ontmoeten en Herdenken. En in dat kader met elkaar gesproken over de Tweede Wereldoorlog. En nu zij het boek ‘Op zoek naar jou’ hebben, hoop ik dat onze jeugd ook de gedachten laat gaan over dit bijzondere verhaal. Dat zij ook over deze oorlogsgeschiedenis met elkaar zullen praten en willen blijven vertellen over wat zij daarvan vinden.
Verhalen…..Ik herhaal het graag: Het overbrengen van verhalen is van het allergrootste belang! Om te voorkomen, dat de beelden van die tijd verbleken en de emoties vervagen. Want hoe wrang en verbijsterend deze verhalen ook zijn, we hebben ze nodig. Om te begrijpen. Om te weten. We hebben ze nodig om erbarmen te blijven voelen. Om medeleven te kunnen voelen en te tonen voor mensen die wél oorlog, vervolging, onverdraagzaamheid en wanhoop hebben meegemaakt. De verhalen hebben we nodig om ons te kunnen verplaatsen in hen die zijn getroffen door overheersing, geweld en vernedering. En die hun thuis en thuisland noodgedwongen moesten verlaten. De onafhankelijkheid van Indonesië bracht een massale uittocht naar Nederland op gang. In totaal vanaf de bevrijding tot in de jaren zestig zo’n 300.000 mensen. Zij voelden zich niet meer veilig in het land, dat ooit hun thuis was.
300.000, een abstract getal. Drie keer het inwonertal van Amstelveen…. Maar toch, een abstract getal. Het zijn echter niet de aantallen die ons doen begrijpen. Het zijn de onuitwisbare herinneringen en persoonlijke - veelal ook hartverscheurende - ervaringen die ervoor zorgen, dat het verhaal van vrijheid en verdraagzaamheid een levend karakter behoudt.
Jongens en meisjes, Dames en heren,
De tekst op het zo aansprekende Indië-monument geeft het al aan: “Allen die ginds het leven lieten, gedenken wij”. En dat doen wij ook vanavond weer met diep respect. Opdat zij met ere mogen rusten en wij hen niet vergeten!'
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
De heer Piet van den Heuvel, erevoorzitter leest de toespraak van Willem van Lith voor
De heer Willem van Lith, Voorzitter Bond van Wapenbroeders, Afdeling Amstelland kon bij deze herdenking niet aanwezig zijn vanwege zijn fragile gezondheid. Dit werd door hem zeer betreurd en hij had de heer Piet van den Heuvel, erevoorzitter van de Stichting Herdenking Gevallenen en Slachtoffers in Nederlands-Indië, gevraagd zijn toespraak voor te dragen. En zo geschiedde:
'Generaal, burgermeesters, dames en heren,
'Vandaag is het voor de 20ste maal, dat wij in de gelegenheid zijn ons te verenigen rondom dit monument. Een monument, dat opgericht is ter ere van jonge mannen, vrouwen en zelfs kinderen, militairen, burgers, verzetslieden en gevangenen in concentratiekampen. Zij hebben zich ingezet voor onze vrijheid en hun leven gegeven op voor hen vreemd grondgebied. Zij deden dit tijdens de Tweede Wereldoorlog in ons voormalig Nederlands-Indië en tijdens de politionele acties van 1945 tot 1951 en op Nieuw-Guinea tot en met augustus 1962. Met groot respect zijn wij hier en herdenken wij de heldhaftige wijze, waarop deze mannen en vrouwen zich hebben ingezet, en denken aan hun verschrikkelijke lijden, dat ons tenslotte de Vrede bracht.
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Willem van Lith op 4 mei 2016 tijdens de Dodenherdenking voor het oorlogsmonument aan de Amsterdamseweg
Wat doen wij nu met deze vrede? Laat ons deze Vrede koesteren. Laat deze vrede vooral in ons zelf beginnen. Pas dan kunnen Wij deze Vrede uitdragen. Dat is de opdracht, die deze mannen en vrouwen, die hun leven aldaar hebben gelaten, ons hebben gegeven. Vooral voor nabestaanden is deze herdenking een speciale, emotionele gebeurtenis. Zij herbeleven de gebeurtenissen van die tijd. Een tijd die nooit te vergeten is. Zij dragen deze erfenis altijd met zich mee. Het is goed bij dit laatste stil te staan.
Helaas is er niet enig moment in deze wereld, waarvan men kan zeggen, dat er vrede is. Immers steeds weer zijn er conflicten in de wereld, waardoor oorlogsomstandigheden ontstaan door welke oorzaak dan ook. Denk aan Israël-Palestina , Irak, Liberië enz, enz. Een rivaliteit tussen de machten van volkeren. Oorlogsgeweld in het Midden Oosten. Steeds zien we het weer gebeuren. Wij mogen niet onderschatten welk een ellende dit alles veroorzaakt onder vele duizenden onschuldige mensen. Wij met onze ervaringen van toen weten wat ook nu weer aan angst en pijn over mensen heen komt.
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
De aanwezigen volgen de toespraken in het park
Dit alles blijft het nodig maken ons te herinneren wat ons toen is overkomen. Wij moeten waakzaam blijven om voor zover, dat in onze macht ligt, de wereld en ons land te vrijwaren van nieuwe ellende. In het begin van deze plechtigheid hebben wapenbroeders het vaandel in ons midden gebracht. Het is een eer voor ons dit te mogen doen ter nagedachtenis aan hen, die tijdens de Tweede Wereldoorlog hun leven moesten geven. Daarbij wil ik graag ook alle slachtoffers betrekken van welke oorlog, of vredesmissie dan ook. Moge het offer, dat zij brachten, ons stimuleren waakzaam te zijn en te blijven, ook nu nog, zo vele jaren later.'
Tot zover Willem van Lith, voorzitter van de Bond van Wapenbroeders Afdeling Amstelland, woorden die hij vanavond zelf zo graag had uitgesproken.
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Rahsaan Kwee leerling van basisschool De Cirkel draagt het gedicht 'Herinnering' voor
Na deze woorden werd op zeer indrukwekkende wijze door Rahsaan Kwee een gedicht voorgedragen, geïnspireerd door het gedicht 'Herinnering' van Nathalie van der Zande. Rahsaan is leerling van de Amstelveense basisschool De Cirkel de adoptieschool van het Indië-Monument:
'Diep weggestopt tussen gedachten
ligt nog steeds die herinnering
aan een zwart en grauw verleden
vol angst en vernedering.
In Indië zwaar geleden
voor de vrijheid van het vaderland
maar hoevelen zullen nu nog weten
dat dat was voor Nederland?
want wie houdt die herinnering levend
als niemand die nog bij zich draagt
wie zorgt dat die niet wordt vergeten
dat die herinnering niet langzaam vervaagt?
Elk jaar eraan denken
2 minuten heeft dat zin?
even stilstaan bij wat geweest is
het is niet veel maar een begin.
Want elke herdenking geeft opnieuw betekenis
aan de offers van zovelen,
waardoor vrijheid mogelijk is.
15 augustus geeft opnieuw betekenis
aan de offers van zovelen,
waardoor vrijheid mogelijk is.
Diep weggestopt tussen gedachten
is nog steeds die herinnering
van betekenis voor zovelen
om te beseffen wat VRIJHEID is!
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Het koper-ensemble van Fanfarekorps Nationale Reserve o.l.v. adjudant Ralf Goddrie speelt stemmige muziek
tijdens de herdenking
De volgende spreker was mevrouw Yvonne Noordam-Weygers:
'Geachte aanwezigen, familie en vrienden,
Met enige schroom, maak ik gebruik van deze eervolle uitnodiging om u allen toe te spreken. Ik zal u iets vertellen over mijn leven. Geboren in Indië en later naar Holland gekomen, waar ik nog steeds mijn vreugde vind om te tekenen, schilderen en weggegooide spullen een tweede leven geef door er collages van te maken. Ik ben geboren in 1930 in Blitar op Oost Java en opgegroeid bij mijn lieve pleegouders Willemse in Batoe. Batoe was een lustoord, we speelden met alle vriendjes en klasgenootjes in de tuin met aangrenzende kali en bamboebos. De kerk en de school waren tegenover ons huis.
In maart 1942 begon de Japanse overheersing over Indië. Mijn pleegvader was zestiger en omdat hij blauwe ogen had werd hem gesommeerd zich te melden in de wijk in Malang. Moeder was Indische en wilde hem niet alleen laten en zo gingen wij met z’n drieën de wijk in. Om de wijk was prikkeldraad en dit was het kamp. In de wijk was het nog te doen voor kinderen. Iedereen probeerde wat bij te verdienen. Er werd gehandwerkt, geknutseld, koekjes gebakken door de moeder, verkocht, maar … dat was snel voorbij … op transport. Wij kwamen met de bekende geblindeerde treinen in Kamp Solo aan, een oud ziekenhuis met barakken en het werd corveeën. Mijn werk als 12-jarige was goten schoonmaken en beerputten leegscheppen, tot mijn knieën in de drek tot ik zwerende benen kreeg van dit vieze karwei. Na de corvee maakten we voor elkaar cadeautjes voor bijvoorbeeld verjaardagen, zieken en om de moed erin te houden. Met stompjes potlood tekende ik op natgemaakte zakdoeken en witte kussenslopen borduurpatronen voor anderen uit het kamp. Sommige van deze borduursels gemaakt van draadjes uit elkaars rokken zijn bewaard gebleven en te zien in sommige musea, o.a. het Verzetsmuseum in Amsterdam.
Binnen een jaar; grote opwinding, schrik en verdriet: Alle jongens vanaf 11 jaar en oude mannen moesten op transport, mijn pleegvader moest ook weg. We hadden geen idee waar ze naar toe gingen. Nog wat later wilden de Japanners alle jonge meisjes verzameld hebben op het voorplein. Het was de moeders duidelijk de Japanners kwade bedoelingen hadden. De vrouwen hebben zich in een kring als leeuwen om de meisjes heengesteld en Kamphoofd zuster Smit heeft samen met de moeders ervoor gezorgd, dat de meisjes beschermd bleven en zo is in ons kamp voorkomen dat er troostmeisjes weggenomen zijn.
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Mevrouw Yvonne Noordam-Weygers vertelt over haar verschrikkelijke ervaringen in Indonesië gedurende de oorlogsjarenjaren
Weer iets later moesten we weer op transport. Nu kwamen wij in Kamp 10, de Boei in Banjoebiroe terecht. Banjoebiroe was voor de oorlog een gevangenis voor 200 gevangenen. In de oorlog werd het een kamp voor 5700 vrouwen en kinderen. Om het kamp heen was een hoge muur met 1 poort. Op elke hoek een bewaakte wachttoren. In het hele kamp waren maar 3 waterpompen voor drinkwater en om je te wassen. We sliepen in grote loodsen, waar de matjes strak tegen elkaar aanlagen. Elke matjes was 65 cm breed. Het was een plek voor ziektes en wandluizen. Het was een vreselijk kamp.
Zelf heb ik toch geluk gehad in het kamp door het bijzondere baantje met mijn vriendin Winny Groenewegen. We kregen opdracht de twee varkens van de kampcommandant te verzorgen. Er was te weinig eten voor de mensen en daarom geen afval van de kampkeuken. Er kwam wel afval uit de HeiHo keuken samen met een grote gamel (teil) warme dèdèk het kamp in. Dèdèk is brei, pap van stro en vliesjes van de rijstpellerij. De Jap bleef kijken, totdat wij het geheel de varkenstrog in deden en liep dan tevreden weg. Wij? Wij graaiden alle eetbaars weer uit de trog, trokken koolstronken uit de bek van het varken en aten het ter plekke op. Dit was overleven. Wat een geluk om een sterke maag te hebben, geen dysenterie!
Zodra de varkens in de Japanse keuken verdwenen kregen we geiten onder onze hoede. Voor ons en de geiten ging de poort open, wel een wachter met geweer mee. In het kamp was geen stukje eetbaar groen meer.
Iemand in het kamp had het boek met geneeskrachtige kruiden van mw. Kloppenburg-Versteeg. Aan de hand van de tekeningen en beschrijvingen uit dat boek zochten we bij het geitenhoeden deze kruiden. Mijn moeder naaide elastiek in de pijpen van mijn wijde onderbroek. Daarin stopten wij kruiden en soms slakken om mee terug te nemen.
Dit ging een tijd goed, tot er een dringende vraag kwam: “Kun je aan een tani (landarbeider) op het land vragen dit gouden sierraadje te ruilen tegen twee gekookte eieren? Het is voor een doodzieke moeder. De volgende dag lukte het een tani de vraag toe te fluisteren en een dag erna lukte de ruil. De eieren stopte ik tussen de kruiden in mijn broek en opgewekt de poort door. Diep buigen voor de wacht en buigen voor toevallig aanwezige kampkommandant. De kommandant sloeg dreigend met zijn zweepje tegen zijn laarzen. Nog dieper buigen… boze schreeuw van de Jap, harde zweepslag tegen mijn achterste…daar sijpelde het eierstruif langs mijn hele benen. Iedereen verstijfd van schrik, hier zou een vreselijke straf op volgen… Hulpeloos, wijdbeens staand, wachtte ik af… Geluk, geluk! De Japanner gromde en liet me gaan! Verderop achter een muurtje likten en schraapten de wachtende vrouwen mijn benen schoon. Sierraadje weg maar ongeschonden uit deze gevaarlijke missie.
Op 23 augustus 1945 vloog er een vliegtuig over het kamp, dat oranje pamfletten strooide. De kampkommandant klom op een kistje en zei dat de oorlog voorbij was. Er kwamen Nederlandse vlaggen en we zongen het Wilhelmus. Het was een blije chaos, iedereen wilde tegelijk de poort uit op zoek naar eten. Mijn moeder en vader hebben allebei de oorlog overleefd, op het einde ziek, maar de bevrijding kwam nog net op tijd. Ben tot de conclusie gekomen, dat ik door deze jaren veel heb geleerd. Om te overleven is delen nummer 1. Solidair zijn, elkaar bemoedigen, creatief denken en doen.
Dit creatief denken en doen heb ik later toen ik als 20-jarige alleen naar de kweekschool in Holland kwam, ook gebruikt. In Amsterdam op een tochtige lattenzolder met 1 deken de koude vrieswinter door. Ik heb kranten in de deken genaaid. Van 100 gulden per maand moest ik rondkomen; hiervan de huur, petroleum, fietsenstalling en badhuis betalen. Er was nog 1 gulden per dag over om van te eten. Voor ontbijt nam ik drie lepels van de goedkoopste havermout met koud water, zodat het in je maag wel uitzette. Onder de marktkramen lagen vaak resten voor mijn avondeten. Om geld te verdienen schilderde ik muurdecoraties en decors. Van lapjes schilderde ik wandkleden en heb ik daarmee zelfs een prijs gewonnen. Vrienden gaven mij doosjes met kraaltjes en deze doosjes gebruikte ik in collages van steden zoals Amsterdam en New York. Door de schaarste in het kamp heb ik geleerd om van niets iets te maken en altijd te blijven zoeken naar een oplossing.
In 1956 ben ik getrouwd met mijn HBS vriendje Arie Noordam die als 13 jarige alleen in een mannenkamp in Bandung heeft gezeten. De wrede dingen die Arie in de oorlog heeft meegemaakt heeft zijn vertrouwen in de mensheid beschadigd. Hij kon er pas op latere leeftijd over praten waarom hij vrijwel niemand vertrouwde. Doordat Arie en ik samen een verleden deelden hadden we maar weinig woorden nodig om elkaar te begrijpen.
We hebben twee zonen gekregen; Arjan en Mart. Zij hebben ook gevoeld wat het is om ouders te hebben die de oorlog in Indië hebben meegemaakt. Op school leerden zij alleen over de Tweede Wereldoorlog in Europa. Ze vroegen zich af, waarom ze niets hoorden over de oorlog in Indië, terwijl ze merkten, dat het thuis een belangrijk onderwerp was. Ik hoop, dat ook de derde generatie begrijpt dat wij hebben kunnen overleven door saamhorigheid en dat ze ook zelf de goede en slechte dingen met elkaar kunnen blijven delen.'
Elke keer weer zijn deze verhalen voor de redactie overweldigend. Je leest erover, je hoort van anderen verhalen via de televisie, maar als het dan zo persoonlijk wordt verteld, sta je toch met kippenvel.
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Een lid van het koperensemble blaast de 'Last Post'
Na de toespraken werd het signaal van de Last Post geblazen en gedurende twee minuten stilte werden de slachtoffers en gevallenen uit deze periode herdacht. Aansluitend werd onder begeleiding van het Fanfarekorps Nationale Reserve, het 1ste en 6de couplet van het Wilhelmus gezongen. Daarna volgde de kranslegging en tot slot legden de leerlingen van basisschool De Cirkel 71 gerbera's voor het monument ter herdenking van de 20 jaar dat de gevallenen voor dit monument in Amstelveen worden herdacht. Daarna volgde het uittreden van de Banier van de Bond van Wapenbroeders.
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Burgemeester mevrouw Van 't Veld en haar echtgenoot, de heer Moonen, leggen in naam van de gemeente Amstelveen een krans bij het monument
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Gedeputeerde de heer Cees Loggen (VVD) legt als loco-Commissaris van de Koning van de Provincie Noord-Holland een krans
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Mevrouw Kajsa Ollongren (D66) wethouder locoburgemeester van Amsterdam, legt een krans
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
De heer Jeroen Nobel waarnemend burgemeester van Aalsmeer, legt een krans
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Mevrouw Mieke Blankers - Kasbergen burgemeester van Ouder-Amstel en mevrouw Rineke Korrel-Wolvers (CDA) wethouder leggen een bloemstuk bij het monument
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Herbert Raat (VVD) wethouder volgt tussen het publiek de kranslegging
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Mevrouw Dagmar Oudshoorn (r) burgemeester van Uithoorn en wethouder mevrouw Ria Zijlstra (DUS) leggen hun krans
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Burgemeester Van 't Veld en haar echtgenoot volgen de kranslegging vanaf de eerste rij
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Mevrouw Marjolein Steffens - van de Water, locoburgemeester van Haarlemmermeer legt een bloemstuk
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
De heer Piet Van den Heuvel en mevrouw Conchita Willems leggen namens de heer Willem van Lith een krans
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
De heer Frank Kuyper, voorzitter van de stichting Amstelveen Oranje legt een krans in de naam van zijn organisatie
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Leerlingen van basisschool De Cirkel leggen 71 gerbera's voor het monument en herdenken samen met mevrouw Nora Valk (r), schrijfster van het boek: 'Op zoek naar jou'
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Het traditionele defilé van de aanwezigen voor het monument wordt door Clemens Bouwens en mevrouw Yvonne Noordam-Weygers begeleid
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Tijdens het defilé kunnen de burgers ook hun bloemen van herinnering voor het monument plaatsen
(Foto Amstelveenweb.com - 2016)
Het Indiëmonument met de kransen en de bloemen geeft aan, dat de slachtoffers van de oorlogen nooit worden vergeten
Tijdens het defilé langs het Indië-monument konden de aanwezigen hun eigen bloemen bij het monument leggen en zoals gebruikelijk, was er na de herdenking een informeel samenzijn bij het naastgelegen clubhuis van de Jeu de Boules vereniging 'Bulderbaan'. Gelukkig was het deze avond rustig weer, zodat iedereen genoeg tijd had om elkaar te ontmoeten, te spreken en herinneringen op te halen. Een soort reünie waarbij de honderden mensen onder het genot van een Indisch hapje, of drankje, de 20ste Indiëherdenking van Amstelveen vredig konden afsluiten.