Een nooit eerder gelezen brief van Jules Schelvis is ontdekt
Nieuws -> InformatiefBron: Verzetsmuseum Amsterdam
14-12-2020
Het Verzetsmuseum in Amsterdam heeft een nooit eerder gelezen brief van Jules Schelvis ontdekt in een recente schenking. Schelvis was één van de 18 Nederlanders die vernietigingskamp Sobibor overleefde. Meer dan 33.000 Nederlanders zijn hier vermoord. De brief is de eerste Nederlandse getuigenverklaring over wat zich in Sobibor heeft afgespeeld, zegt Jos Sinnema, onderzoeker voor het Verzetsmuseum. De beoogde ontvanger van de brief, Jules neef Karel Stroz, leeft nog. Hij is blij dat de brief is ondergebracht in de collectie van het Verzetsmuseum.
(Foto Verzetsmuseum Amsterdam - 2020)
Een pagina van de brief van Jules Schelvis van 7 mei 1945 naar Annie en Karel Stroz
Afgelopen zondag 13 december 2020 bezorgde het museum – met een vertraging van 75 jaar – een facsimile van de brief bij Karel. Schelvis schreef de brief op 7 mei 1945 in een ziekenhuis in Zuid-Duitsland. Hij was net bevrijd uit kamp Vaihingen, waar hij vanuit Sobibor naartoe was gebracht. De brief is gericht aan zijn familie. Op de enveloppe schreef Schelvis drie adressen, in de hoop dat op één daarvan nog iemand in leven zou zijn. Sinnema, die de brief als eerste las, ervoer het als een flashback: 'Alsof je terug bent in 1945, op het moment dat de familie de brief had moeten lezen. Dat grijpt je naar de keel.' 'Alles wat hier geschreven staat is de naakte waarheid.'
(Foto Amstelveenweb.com - 2012)
De heer Jules Schelvis tijdens de tentoonstelling 'Post uit de vergetelheid'- met brieven uit nazi-kampen en getto's op vrijdagmiddag 27 januari 2012 in het raadhuis van Amstelveen
Jules Schelvis begon op latere leeftijd, na zijn pensioen, te schrijven over Sobibor. Hij wilde dat de wereld zou weten welke gruwelijkheden er hebben plaatsgevonden. Uit de nu gevonden brief blijkt dat hij dit al direct na zijn bevrijding wilde. In de brief doet hij met ingehouden pijn verslag, en spreekt hij de wens uit dat dit in de krant komt: 'Alles wat hier geschreven staat is de naakte waarheid.' Anders dan over Auschwitz was er over Sobibor in Nederland toen nog niets bekend. De eerste keer dat de naam ‘Sobibor’ in een Nederlandse krant genoemd wordt, is december 1945.
In de brief richt Jules zich tot zijn oom en tante en zijn nu 90-jarige neef Karel Stroz: 'Het zal je wel pijn doen, dit alles te lezen”, schrijft hij, “maar ik moet het je toch schrijven.' Van de zeven familieleden die tegelijk in Sobibor aankwamen zijn er vijf 'naar ik aanneem voor 99% direct bij aankomst vergast.' Onder hen ook zijn vrouw Rachel. 'Ik schrijf dit alles zo koud', schrijft hij, 'daar het vele, wat ik heb gezien en zelf heb meegemaakt, mij hard heeft gemaakt.' Eredoctoraat Voor zijn studie van Sobibor ontving Jules Schelvis een eredoctoraat van de Universiteit van Amsterdam. In een interview met Rob Trip vertelde hij in 2013 bij de NOS over zijn leven. Jules Schelvis (1921) overleed op 3 april 2016 op 95 jarige leeftijd.