Emotionele Indië -herdenking 2018 in Amstelveen
Nieuws -> InformatiefBron: Amstelveenweb/St.Herdenking Ned.-Indië
15-08-2018
De Stichting Herdenking Gevallenen en Slachtoffers in Nederlands-Indië hield haar jaarlijkse herdenking in het Broersepark op dinsdagavond 14 augustus 2018. De stichting is opgericht op 8 december 2003 in Amstelveen en heeft enerzijds als doel het levend houden van de nagedachtenis aan de gevallenen en slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog in het voormalig Nederlands-Indië (nu Republiek Indonesia) en anderzijds het bevorderen van de kennis van de cultuur en geschiedenis van Nederlands-Indië. Het was in Amstelveen de 22ste keer dat deze Indië herdenking werd gehouden.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Het is 19 uur 15 en alle stoelen in het Broersepark voor het monument zijn bezet
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Jacqueline Schäfer is ceremoniemeester en begeleidt de herdenking
Gelukkig voor de bezoekers waren er boven het park geen zware regenwolken en kwamen veel betrokkenen en geïnteresseerden naar de bijeenkomst. Het Fanfare Korps Koninklijke Landmacht 'Bereden Wapens' uit Vught o.l.v. kapelmeester Harold Lenssen ondersteunde het programma. De herdenking begon met een welkom van de ceremoniemeester mevrouw Jacqueline Schäfer en zij introduceerde als eerste het intreden van het Vaandel van de Bond van Wapenbroeders.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Oud-wethouder Cultuur, Piet van den Heuvel, erevoorzitter van de Stichting,
was samen met zijn echtgenote ook aanwezig in het Broersepark
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Het Vaandel van de Bond van Wapenbroeders wordt door de veteranen naar de herdenkingsplek gebracht
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Op de eerste rij staan ook de sprekers van de herdenking
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Leden van de Nationale reserve staan al klaar om straks te helpen met de kransen
De heer Clemens Bouwens, voorzitter van de Stichting Herdenking Gevallenen en Slachtoffers in Nederlands-Indië, hield als eerste spreker een officiële welkomst speech:
Geachte dames en heren, dierbare aanwezigen,
Van harte heet ik u allen welkom bij de jaarlijkse herdenking van alle Gevallenen en Slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog in het algemeen en die in Nederlands Indië in het bijzonder. Welkom aan u allen die de moeite heeft genomen om hier naar het mooie monument van Ella van de Ven in het Broersepark te komen om samen te gedenken, welkom ook aan u, kijkers van RTV Amstelveen, die live met ons hier verbonden zijn. Morgen, woensdag 15 augustus 2018, is het 73 jaar geleden dat Japan capituleerde en er daardoor een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog in Zuidoost Azië. Alle slachtoffers van de Japanse bezetting en de nasleep daarvan worden hier vanavond herdacht, zowel burgers als militairen.
Hier - in aanwezigheid van de ‘laatste getuigen’ van de verschrikkelijke oorlogsjaren - staan wij samen stil bij allen die gewond raakten en bij allen die het leven lieten voor onze vrijheid. Ook al liggen de oorlogsjaren ver achter ons, nog steeds zijn in onze maatschappij de littekens zichtbaar en o zo voelbaar. Nog steeds worden levens getekend door wat zich tijdens de donkere en pijnlijke jaren van onze geschiedenis heeft afgespeeld binnen de grenzen van het toenmalige Koninkrijk der Nederlanden, zowel hier in Europa als in de overzeese gebieden in Zuidoost Azië.
Het leven in de interneringskampen was hard. Zorgen dat je kampnummer goed opgespeld zat. Buigen voor de Japanners, diep buigen, heel diep buigen … net zolang totdat de kampcommandant tevreden was.
Na de Tweede Wereldoorlog kwamen honderdduizenden mensen - veelal noodgedwongen - uit Nederlands Indië naar Nederland. Vaak waren zij ontheemd, berooid en getraumatiseerd. De Japanse bezetting tussen 1942 en 1945 tekende vele families. Velen kwamen beschroomd en terughoudend aan in Nederland om er een nieuw bestaan op te bouwen. Zij hadden veel verhalen te vertellen, maar hielden die voor zich … over de ellende van daar werd hier niet gesproken … de koffers vol verhalen bleven gesloten. Velen die hier naar toe kwamen, hebben niet alleen hun ouders verloren. Ze hebben ook nooit afscheid kunnen nemen. Doden werden in anonimiteit afgevoerd. Geen graf of plek om te gedenken. ‘Ik heb nog wel gezien dat ze op een kar werd gelegd en werd weggereden. Daarna heb ik mijn moeder nooit meer gezien.’ aldus een van de ooggetuigen. Een kwetsbaar beeld, een harde realiteit. Naast alle burgerslachtoffers, staan wij ook stil bij de ruim 6.200 militairen die in Nederlands-Indië en in Nieuw-Guinea zijn gesneuveld. In totaal waren in de jaren 1945 tot 1949 ruim 200.000 Nederlandse soldaten betrokken bij de dekolonisatieoorlog.Daarvan zijn er nu nog ongeveer 2.300 in leven.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Clemens Bouwens, de voorzitter van de Stichting Herdenking Gevallenen en Slachtoffers in Nederlands- Indië aan het woord
Het belang van herdenken hoef ik u niet uit te leggen. Een onveilige wereld schept de behoefte om te herdenken. Herdenken is immers ons belangrijkste morele ijkpunt. Spijtig genoeg leven wereldwijd velen nu nog steeds in grote onzekerheid, zijn velen op de vlucht … en is het gevoel van veiligheid ver te zoeken. Om in het heden goed te kunnen functioneren, moet je het verleden kennen, ook als je het een pijnlijk verleden vindt ... Gelukkig bestaat er bij jongere generaties een grote drang naar de verhalen van ons verleden. De gesloten koffers van weleer mogen worden geopend. Zo vroeg mijn dochter Charlotte van 8 jaar mij gisteravond voor het slapen gaan heel indringend: Pappa, wat is er dan gebeurd tijdens de oorlog? Wat hebben de mensen toen meegemaakt en wat is er met ze gebeurd? Deze vragen zijn alleen te beantwoorden aan de hand van de getuigenissen van zij die het hebben meegemaakt. En dan nog, de waarheid onder ogen zien, is niet eenvoudig. Dat velen de dood vonden is voor mij, laat staan voor haar maar nauwelijks te bevatten. Dat iemand in staat is om zo veel geweld te gebruiken jegens de ander, is en blijft ontoelaatbaar. Dat vrede niet van zelfsprekend is, is een les die ik haar wil meegeven.
Vanavond luisteren wij naar het verhaal van een van die getuigen, naar een van de ‘kinderen van Indië, Wij luisteren naar het verhaal van u, mevrouw Lien de Scheemaker. Als meisje groeide u op in een gemengd gezin. Uw vader, Leopold Gustaaf Jozef de Scheemaker, werd in 1884 geboren in Batavia en hij was de kleinzoon van een gedeserteerde Belg. Uw moeder heette Goesti Ajoe Made Sidemen en was Balinese prinses geboren in 1902 in Paleis Sideman in Karangasem op Bali. Wij zijn u dankbaar dat u uw ervaringen hier vanavond met ons wilt delen. Door het vertellen van uw verhaal proberen wij samen een vergeten geschiedenis levend te houden. Fijn dat u er bent. Ik wens u straks veel sterkte.
Ook al is de oorlog voorbij, nog steeds worden mensenlevens getekend door toen ... en niet alleen van zij die het meemaakten. Ook de naoorlogse generaties, dragen de littekens van hun voorouders. De impact van de oorlog is onbeschrijfelijk groot. Het is te danken aan de enorme veerkracht van een hele generatie die na de verschrikkingen van de lange oorlog in Zuidoost-Azië en de daaropvolgende massale ontheemding met vallen en opstaan de draad elders wisten op te pakken. Van mentale kracht en de moed om op te staan tegen onvrijheid en geweld, om in verzet te komen tegen de onderdrukking, tot het doorzettingsvermogen om drastische gevolgen te dragen en hoopvol te vertrouwen op een betere toekomst voor volgende generaties. Niet voor niets is op het Indisch Monument in Den Haag, waar na de onthulling in 1988 door Koningin Beatrix morgen voor de 30e keer wordt stilgestaan bij alle slachtoffers, te tekst te lezen: ‘De Geest overwint’. Het zegt iets over de veerkracht van een generatie waar wij met respect en eerbied aan terugdenken. Uit respect voor het grote offer dat zij brachten, voor onze vrijheid, daarom komen wij hier vanavond samen en zullen wij hier samen blijven komen. Uit dankbaarheid voor onze zwaar bevochten vrijheid, uit eerbied voor hen die ons ontvielen, uit liefde voor onze medemens.
Tussen elke speech werd door het Fanfare korps een stukje stemmige muziek gespeeld. De tweede spreker was de burgemeester van de gemeente Amstelveen, de heer Bas Eenhoorn:
'Op deze prachtige plek, midden in Amstelveen, het Broersepark en dit prachtige monument, staan we stil bij de geaardheid van de mens. U zult zeggen hoezo? We herdenken gevallenen. We herdenken mensen die het slachtoffer zijn van wandaden van andere mensen. Ja, dat is nou precies waar het om gaat. Iedere keer worden wij weer verrast. Verbijstert het ons wat mensen elkaar aandoen. Hoe komt het dat wij toch iedere keer zo verrast zijn? U bent hier allemaal, ook vertegenwoordigers van het gemeentebestuur van Amsterdam, Aalsmeer, Ouder-Amstel, Uithoorn, vertegenwoordigers van de Provincie, Provinciaal bestuur. Vanuit het College van B en W hier, de locoburgemeester Herbert Raat. Ik zag ook de oud-commissaris van Noord Holland.(Harry Borghouts red.). Maar u bent hier allemaal, om te herdenken en tegelijkertijd die verbijstering met elkaar te hebben dat we iedere keer die geaardheid van de mens als een verrassing zien. Strand heeft geen geheugen, kent vloed niet die het overvalt. Een dichtregel van Dick Hillenius. Strand heeft geen geheugen, kent vloed niet die het overvalt, oftewel iedere keer is het weer nieuw, iedere keer maken we het weer opnieuw mee. En of het nu in 1042 was toen de mensen uit Kennemerland Gijsbrecht van Aemstel aanvielen en dit hele gebied hier platbrandden; de mensen verkrachtten, vernederden, kapot maakten. Of het de Japanse aanval was, of de Japanse bezetting in toenmalig Nederlands-Indi?. Altijd, van 800 jaar geleden tot veel korter geleden, zijn we weer verbijsterd over wat mensen elkaar aandoen. In de kampen in Indi?, van de mensen die in het verzet gingen en waarvan toch zeker de helft gearresteerd en omgekomen is.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Bas Eenhoorn burgemeester van Amstelveen tijdens zijn toespraak
De mensen die hebben geprobeerd anderen te helpen, de mensen die te werk werden gesteld in vreselijke omstandigheden en dat meestal niet konden overleven. Het is goed dat we daarbij stilstaan en dat we herdenken, dat vreselijke dat die mensen overkwam, dat ze verkracht werden, vernederd werden, vermoord. En toch blijft de vraag, hoe kan het dat we iedere keer weer verrast zijn dat dit ons overkomt, dat mensen elkaar dit aandoen.
Zouden wij in deze tijd niet iedere keer wat serieuzer hier naar moeten kijken en moeten proberen ons niet te laten verrassen? Maar het lijkt wel alsof we met elkaar alleen maar in opinies met elkaar spreken. Bijvoorbeeld zoals op deze dag, om zoals net heel voorzichtig werd gezegd, ook stil te staan bij de militairen die door de regering gezonden zijn naar Nederlands-Indi?, in die zeg maar koloniale oorlog. Ik denk dat het er niet om gaat om te zeggen ?dat mag pers? niet?, of ?dat moeten we wel?. Ik vind dat wij allemaal de vrijheid hebben om stil te staan bij ook diegenen die daar naar toe gingen uit overtuiging dat zij het goede deden. En dat daar anderen weer de dupe van zijn geworden, daar moeten we ook bij stilstaan. Zoek alle kanten van die geaardheid van de mens, zoek met elkaar wat daar gebeurde en probeer daar een les uit te halen. Als wij stilstaan bij wat in Nederlands-Indi? is gebeurd tijdens de Japanse bezetting, probeer ons in te denken, hoe het allemaal was en hoe kon het gebeuren. En dat geldt ook voor de jaren na de oorlog in de postkoloniale strijd die daar gevoerd is.
Ik roep u graag allemaal op om uw steentje bij te dragen in het denken over hoe we zulke afschuwelijke situaties in de toekomst kunnen voorkomen. Zodat als we hier herdenken, dat we dan ook kunnen herdenken in een positieve zin, dat het minder erg wordt wat mensen elkaar aandoen. Dat die geaardheid van mensen om zo tegenover elkaar te staan en elkaar zulke verschrikkelijke dingen aan te doen, dat we die geaardheid weten te onderdrukken. En dat we op een andere manier een samenleving vormen. Een samenleving waarbij dit prachtige monument een voorbeeld is. Die van vrede, die van tolerantie en die met elkaar een samenleving vormen. Dat is waar we naar toe kijken als we herdenken. Strand heeft geen geheugen, kent vloed niet die het overvalt. Laten wij w?l het geheugen hebben en daarvan leren.' – aldus burgemeester Eenhoorn.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Zoals vaker tijdens herdenkingen gebeurt krijgen de aanwezigen elke keer weer van de sprekers nieuwe verhalen over de tijd in Nederlands-Indië tijdens en na de Japanse bezetting te horen.
Dat maakt de nu 22ste herdenking in Amstelveen ook zo emotioneel
Ook namens de Bond van Wapenbroeders werd gesproken, door de heer Laurens van Aggelen:
'Excellenties, burgemeester, vlag- en opperofficieren, dames en heren, jongens en meisjes. Een paar weken geleden bladerde ik door oude fotoalbums. Daarin foto's die mijn moeder in de jaren vijftig zorgvuldig had ingeplakt. Op een aantal foto's was een van mijn ooms te zien die als militair in Nederlands-Indië diende. Foto's te midden van zijn maten en met de lokale bevolking. Op enkele foto's na lieten de gezichten een veelzeggende uitdrukkingsloosheid zien. Blikken van vertwijfeling Toch is op de foto's ook te zien dat men samen probeerde er het beste van te maken. Mijn oom deed dat ook. Op een van de foto's zag ik hem gitaar spelen. Een emotioneel broze man. Maar trouw aan zijn plicht als militair. Trouw aan zijn plicht aan zijn medemens om wie hij zich bekommerde. Velen van onze leden van de Bond van Wapenbroeders, die ik hier vanavond vertegenwoordig, waren er. In Nederlands-Indië en Nieuw-Guinea. Plichtsgetrouw ver van huis, in de Gordel van Smaragd. Jarenlang.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Laurens van Aggelen schrijver, journalist en uitgever vertelt zijn emotionele verhaal
Zo'n 150.000 Nederlandse militairen vervulden er hun plicht. Zo'n 6.200 van hen sneuvelden er tijdens de Tweede Wereldoorlog en tijdens de Bersiap. Voor degenen die terugkeerden was er weinig aandacht, geen waardering, laat staan respect omdat men er in het Nederland geen van had en weinig moeite deed om te begrijpen wat zij hadden meegemaakt. Velen zwegen daarop of vertelden alleen de mooie dingen. Zo ook mijn oom. Zijn verhalen gaven naar terugkeer slechts een zeer vertekend beeld van de werkelijkheid, maar hij kon niet anders. Sommige gebeurtenissen en gevoelens zijn te groot om in woorden te vatten. Net als zo velen van zijn maten probeerde hij er na de oorlog het beste van te maken. Dat lukte hem slechts met zeer veel moeite. Hij was voorgoed beschadigd. Dat merkte je aan alles.
Dat zelfde lot trof ook de vele burgers in Nederlands-Indië. Toen ik bladerend door het fotoalbum foto's zag van mijn Indische tante bij wie ik als puber en jongvolwassene vaak logeerde en wie voor mij een tweede moeder was geworden, zoals ze zelf vaak zei en zoals ik dat ook in dankbaarheid heb mogen ervaren, zag ik dat ze eigenlijk twee gezichten had. Haar mooie stralende lieve gezicht en die met die spijkerharde blik in haar ogen. Na de tijd die ze met haar moeder in het Japanse vrouwenkamp had doorgebracht, was er iets in haar voorgoed kapot. Haar vrolijke buien konden omslaan in een enorme woedeaanval waarbij ze angstaanjagend vurig uit haar ogen keek. Als een van de weinigen heeft ze mij wel eens verteld over wat ze in het kamp had meegemaakt. Maar toch zag ik in haar ook tijdens haar meest woeste buien nog altijd die lieve vrouw. De vrouw die er de rest van haar leven alles aan deed om er het beste van te maken. In een wereld die voor haar vooral gekenmerkt werd door veel onbegrip.
Vandaag herdenken we vanavond hier bij dit mooie monument in Amstelveen degenen die in Nederlands-Indië en Nieuw-Guinea het leven lieten tijdens de oorlog en de Bersiap. Laten we echter ook degenen herdenken die het wel overleefden. Aan degenen die met een zware last verder moesten leven omdat ze nooit meer helemaal konden zijn wie zij waren. Want hoe maak je er dan het beste van als je vrienden en familie hebt verloren? Als je hebt gezien op welke mensonterende wijze mensen aan hun einde kwamen? Als je van na de oorlog bent en het verdriet van je ouders of grootouders nog altijd met je meedraagt? Mijn eigen vader zat vanwege zijn verzetsdaden ook in een concentratiekamp. Ik weet hoe het voelt. Nog altijd.
Tijdens mijn eerste bezoek aan Indonesië in 1996 ging het mijn voorstellingsvermogen ver te boven dat dit paradijselijke idyllische landschap ooit het decor had gevormd van een periode die als inktzwarte bladzijdes onze geschiedenis is ingegaan. Zo ook toen ik jaren geleden op de begraafplaats Kanchaburi in Thailand langs de graven liep van de Nederlanders die aan de Birma Spoorlijn het leven hadden gelaten onder de meest mensonterende omstandigheden. Zo ook toen ik in 2015 in Nagasaki was voor de onthulling van een monument voor krijgsgevangenen. Oog in oog met Japanse overlevenden en nabestaanden voelde ik ook iets van HUN pijn. Nu, bijna 75 jaar later, hier vanavond, denk ik aan mijn oom, mijn Indische tante en aan allen die hun lotgenoten waren. Zij probeerden, hoe moeilijk het ook was, er samen het beste van te maken. Laten we dat ook doen. Door met respect naar elkaar te blijven luisteren. Door oog te hebben voor wat ons verbindt, hetgeen zoveel meer is dan wat ons van elkaar scheidt. Pas dan voelen we diep in ons zelf de vrijheid waar destijds zou hard en moedig voor gestreden is. Dankbaar dat we hier nu mogen zijn. In een verbondenheid die we samen mogen en moeten koesteren.'
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Na deze toespraak droeg Mylan Simon (11 jaar) de kleinzoon van verzetsstrijder Bert Simon een gedicht voor
van Mevrouw Ellen Deckwitz:
De leeuw
Dagelijks staarde mijn oma uit het raam,
wachtend op haar broer die had beloofd terug te komen.
Niemand wist waar hij was,
dus legden we ieder jaar bloemen voor het oorlogsmonument,
een steen met een afbeelding van de Nederlandse leeuw.
Ieder jaar knielde mijn oma voor de leeuw en legde ze haar hand erop.
Na afloop had ze in haar palm een rode leeuw,
die langzaam weer haar huid verliet en verdween,
alsof er nooit iets was gebeurd,
aan de hand was.
Vervolgens introduceerde Jacqueline Schäfer Mevrouw Lien de Scheemaker die sprak over haar oorlogservaringen als buitenkamper in Batavia:
Het is alweer 73 jaar geleden dat Japan capituleerde. Wat daarna volgde was veel erger dan de Japanse bezetting. De Indische Nederlanders werden overgeleverd aan de nukken van de Indonesiërs. Wij, de buitenkampers, werden als verraders beschouwd. In de kampen kreeg je van de Jap nog te eten en werd je door hen beschermd tegen het vijandschap van de Indonesiërs. Je had steun aan elkaar. Dat hadden de buitenkampers beslist niet. In deze tijd hadden wij amper wat te eten. In de begintijd hielpen onze baboes, de bediendes, ons door al het beddengoed te ruilen voor etenswaar. De witte lakens gebruikten de Indonesiërs om hun doden in te begraven.
Na de Japanse capitulatie hadden de Indonesiërs de vrijheid om zich op de Indische Nederlanders te wreken. Velen van ons zijn toen vermoord Zij werden gelokt door de Indonesiërs met de belofte dat zij naar veilige oorden zouden worden gebracht. Daar was niks van waar. Zelf heb ik dit niet meegemaakt. Een enkeling die het overleefde heeft dit verteld. Onze buren en wij bleven in onze huizen. Het erf van hun huis grensde aan een kampong, waar hun bediendes woonden. Op het einde van hun achtererf hadden die bediendes een woning, waar zij sliepen. Dat was bood ook een beetje een bescherming voor ons. Onze ouders hadden vluchtroutes opgezet naar de overkant van de straat waar nog een Indische familie woonde. Om het doen en laten van de straat te kunnen volgen waren Dee, mijn jongste broer, en ik, op een kast geklommen op het kantoor van Pa. Daar waren openingen waardoor wij konden kijken. Wij konden de Pemudas zien als ze het erf op kwamen. Gelukkig hadden wij geen waakhonden meer, anders zouden zij ons met hun geblaf verraden hebben. De pemudas kwamen ons erf op en halverwege hoorden wij hen praten 'Orangnja sudah pergi', 'De familie is al weg'. Zij keerden om en gingen weg. Het was heel angstig.
De meeste van de Nederlandse gevangenen waren reeds vrij, ook mijn zwager Erich Soute uit het Adek kamp. Hij en mede ex-gevangenen hadden een kist vol met levensmiddelen voor ons huis gegooid, de lengte van de kist had de lengte van een geweer. Toen mijn zwager wegreed, kwamen de Pemudas en eisten dat de kist geopend werd. Geen probleem. Er zaten blikjes etenswaren in en zelfs een versteend brood. Mijn broer Dee mocht het brood niet weggooien van Ma. Zij liet hem een zaag halen en het brood in stukken zagen. De anglo werd aangemaakt en het brood in een pan met water gekookt. Dat was voor ons een heerlijk maal. Ma was vindingrijk. Mijn zwager had Dee ook stiekem een handgranaat gegeven voor onze bescherming. Later leerde Dee mij hoe ik de handgranaat moest hanteren en dat ik deze naar de pemudas moest gooien. Hoe oud was ik …. misschien 12 jaar. Gelukkig was dat niet nodig.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Mevrouw Lien de Scheemaker vertelt over haar vreselijke ervaringen tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederlands- Indië
De geallieerden ? Britten, Brits Indi?rs en Gurkas- zag je slechts overdag en om zes uur gingen zij weg naar hun kampement. Van hen kregen wij repen chocola !! Wat een verwennerij. Toen de Nederlandse troepen kwamen, kwam het ?normale? leven beetje bij beetje op gang ..? en ook de scholen begonnen weer. Twee studiejaren werden in een jaar gepropt. Er waren geen leerboeken en met toestemming van pa, mocht ik zijn typemachine gebruiken en maakte ik uittreksels voor mijn klasgenootjes. Ik maakte acht kopie?n met carbonpapier. Pa had de typemachine verstopt. De Pemuda's hadden daar niks aan. De meeste van hen waren analfabeet, maar wisten wel hoe te doden. Ik kon nog net het eindexamen op de Middelbare Meisjes School van de Nonnen doen, voordat wij naar Nederland vertrokken. M?re Brigitte gaf degenen die naar Nederland gingen nog wijze lessen over Nederland. Hoe wij ons moesten aanpassen en onze eigen kleding moesten maken. Heel handig, want later in Nederland kwam dit voor mij nog van pas. Toch was dit een angstige tijd. Zelfs nu, 73 jaar later, vermijd ik hordes mensen en samenscholingen en sirenes. In het begin in Nederland als ik een sirene hoorde, vluchtte ik een portiek in. Neen, leuk was dit beslist niet.
Na de capitulatie zat Pa op een middag op de stoep van de voorgalerij. Een auto van het Rode Kruis stopte. Er kwam een Ordonance met een brief in de hand naar Pa. Pa opende de brief en ik zag en hoorde hem heel zacht snikken. Ma was inmiddels buiten gekomen. Ze vroeg 'Kenapa?' zoiets als 'Wat is er?' Zus was ook al buiten en Pa gaf haar die brief. Zij las de brief en zei alleen tegen Ma 'Broer tidak pulang'. Broer komt niet thuis. Indischen kunnen vaak met weinig woorden en gebaren je met hun ogen alles vertellen. Ik had Pa nog nooit zien huilen, maar nu wel. Zijn lichaam schokte. Pa huilde droge tranen.
Wij zijn samengekomen om de vrijheid te vieren, te herdenken en de slachtoffers te eren die ons vrijheid hebben gebracht. Wij moeten deze gedachte koesteren, overbrengen aan onze kinderen en kleinkinderen en zij weer aan hun nazaten. Velen beseffen niet wat vrijheid inhoudt. Kijk daarom goed om je heen.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
De trompettist van de fanfare blaast de taptoe
Na de toespraken speelde de hoornblazer van het fanfare korps de taptoe en in stilte memoreerden de aanwezigen de slachtoffers in de Tweede Wereldoorlog algemeen en in het bijzonder in Nederlands-Indië. Na het nationale volkslied, het Wilhelmus te hebben gespeeld, legde burgemeester van Amstelveen, de heer Eenhoorn de eerste krans bij het Indië monument. Hierna volgden nog vele mensen die namens hun organisatie een krans legden.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
De aanwezigen tijdens de twee minuten stilte
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Bas Eenhoorn burgemeester van Amstelveen legt een krans bij het monument
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Jaap Bond (CDA) gedeputeerde van de provincie Noord-Holland voor Economische Zaken legt ook een krans
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Rutger Groot Wassink (GroenLinks) wethouder Sociale Zaken, Diversiteit en Democratisering van Amsterdam wacht op de reservisten die hem helpen om zijn krans het bij het monument te leggen
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Jeroen Nobel burgemeester van Aalsmeer legt de krans van herinnering bij het monument
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
De bestuurders van Amstelveen, Amsterdam, Aalsmeer en van de stichting volgen de kranslegging
Na de kranslegging werd door een militair van de Koninklijke Landmacht een vaas met 22 gerbera’s bij het monument geplaatst, met als symbool dat dit de 22ste keer was dat in Amstelveen de herdenking plaatsvond. Tevens werd tijdens deze handeling een vrije uitvoering van het 'Indisch Onze Vader' gezongen door Salóme Pieris, onder gitaarbegeleiding van haar vader Humphrey Pieris.
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Salóme Pieris zingt en haar vader Humphrey Pieris begeleidt haar op gitaar
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Kapelmeester Harold Lenssen is de dirigent van het Fanfare Korps Koninklijke Landmacht 'Bereden Wapens'
en zij spelen stemmige muziek tijdens de herdenking
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
De honderden aanwezigen lopen nog een keer voor het monument langs om hun bloemen neer te leggen als eerbetoon aan de gevallenen en slachtoffers van de oorlog
(Foto Amstelveenweb.com - 2018)
Na de herdenking is het monument met bloemen overladen
Toen de prachtige zang ten einde was, verlieten de veteranen met het Vaandel van de Bond van Wapenbroeders de herdenking en kon het traditionele defilé voor de aanwezigen beginnen. Desgewenst kon men zelf ook nog een bloem of bloemstuk neerleggen. Aansluitend was er een samenkomst voor de aanwezigen op het terrein van de Jeu de Boules vereniging 'Bulderbaan', waar ook heerlijke Indische hapjes te verkrijgen waren. En zo eindigde, nog net zonder regen, de Indië herdenking in 2018 in het Broersepark.
De video is vrij lang, maar u kunt met de muis het beeld op de tijdbalk verder spoelen,
naar dat deel dat u wel wilt zien of horen