Europese dagvlinders verdwijnen
Nieuws -> NatuurBron: Vlinderstichting
23-03-2006
De dagvlinders in Europa staan onder zware druk. Dit blijkt uit een studie die De Vlinderstichting in samenwerking met Britse collega's heeft uitgevoerd en waarvan de gegevens net zijn gepubliceerd in Journal of Insect Conservation. De verspreiding van dagvlinders is de afgelopen 25 jaar in de 45 onderzochte landen meer dan 10% achteruitgegaan. Slecht nieuws voor de Europese ministers die zich tot doel hebben gesteld om de achteruitgang van de biodiversiteit in 2010 gestopt te hebben.
Dagvlinders zijn een van de best onderzochte insectengroepen in Europa. Door hun korte leven en de eisen die ze stellen aan hun leefomgeving zijn ze erg gevoelig en geven ze belangrijke informatie over de toestand van milieu en natuur. De onderzoekers hebben de verandering in de verspreiding van 576 soorten Europese dagvlinders in 45 landen in kaart gebracht.
In België is de situatie het meest dramatisch, met een achteruitgang van meer dan 75%. Nederland staat op een gedeelde tweede plaats, samen met landen als Italië, Duitsland en Groot-Brittannië. In deze landen gaat het om een achteruitgang tussen 50 en 75%. Vooral de vlinders van natte graslanden hebben sterk te lijden. In heel Europa gaat het bij deze groep vlinders om een achteruitgang van 19%. Voor de soorten van moerassen en bossen gaat het om een achteruitgang van respectievelijk 15 en 14%.
(Amstelveenweb.com collectie - 2006)
En zo zagen de vlinders vroeger uit.......
De belangrijkste oorzaak van deze sterke achteruitgang is het verlies aan leefgebied. Gebieden worden steeds intensiever gebruikt en veel ruimte wordt benut voor menselijke activiteiten. Vooral natte graslanden worden op grote schaal ontgonnen en ontwaterd. Dit speelt met name in de nieuwe lidstaten in Oost-Europa, waar de vlinders van natte graslanden tot voor kort nog veel voorkwamen. Iets wat daarmee in tegenspraak lijkt, maar ook als belangrijke oorzaak wordt gezien, is te extensief landgebruik. Voormalige landbouwgebieden en bossen blijken, als het menselijk gebruik wegvalt, op den duur veel soorten te verliezen.
De resultaten zijn alarmerend voor de politici in Europa die zich tot doel hebben gesteld om de achteruitgang in de biodiversiteit in Europa in 2010 tot staan gebracht te hebben. Voor de dagvlinders lijkt dit een te ambitieuze belofte en gezien de graadmeterfunctie die de dagvlinders hebben, zal de doelstelling ook voor veel andere groepen moeilijk te halen zijn.
Op donderdag 23 maart 2006 wordt een themadag over de 'veenvlinders' gehouden voor beheerders van natuurgebieden.
De veenvlinders zijn drie soorten dagvlinders die in Nederland gebonden zijn aan hoogveen: veenhooibeestje, veenbesparelmoervlinder en veenbesblauwtje. Alledrie de soorten zijn in Nederland ernstig bedreigd en komen vrijwel alleen nog maar in Drenthe voor.
In het kader van het Beschermingsplan Veenvlinders hebben Staatsbosbeheer, De Vlinderstichting, de Vlinderwerkgroep Drenthe en de Stichting Veldwerk Nederland de handen ineen geslagen om, met financiële steun van de provincie Drenthe, de huidige toestand en de kansen voor de toekomst in kaart te brengen.
Op de themadag zullen de resultaten van het project over de afgelopen twee jaar worden toegelicht. Daarbij zijn de veenvlinders op hun huidige vliegplaatsen geteld en zijn maar liefst 431 veentjes op hun geschiktheid voor de veenvlinders beoordeeld. Zo’n 100 daarvan bieden mogelijkheden voor de veenvlinders, maar daarvan zijn er nu maar 20 door de soorten bezet. Om de veenvlinders een duurzame toekomst te bieden, is uitbreiding van het hoogveenherstel nodig. De themadag stelt dit herstel nadrukkelijk aan de orde.
Website: Vlinderstichting