Koopkracht na jarenlange groei in de min
Nieuws -> InformatiefBron: CBS
14-05-2012
Het besteedbare inkomen van huishoudens bedroeg in 2010 gemiddeld 33,2 duizend euro. Wanneer rekening wordt gehouden met de inflatie en het steeds kleiner worden van huishoudens, heeft een doorsnee-huishouden hiermee een kwart meer te besteden dan in 1977 – meldt het CBS.
Afgezien van conjuncturele schommelingen, is het inkomen van huishoudens in deze drie decennia gaandeweg opgelopen. (Echt)paren zonder kinderen, of met meerderjarige kinderen hebben gemiddeld meer inkomen dan andere stellen. Eenoudergezinnen hebben de laagste inkomens, zeker wanneer er alleen jonge kinderen zijn.
De publicatie Welvaart in Nederland is samengesteld ter opluistering van het 25-jarig bestaan van het inkomenspanelonderzoek, één van de CBS-pijlers op het gebied van welvaartsstatistieken van huishoudens en personen. In deze speciale uitgave worden de meest actuele landelijke en regionale cijfers gepresenteerd over aspecten van welvaart, zoals inkomens, vermogens en bestedingen. Ook komen lange trends aan bod. Speciale aandacht is er voor de groepen aan de onderkant en aan de bovenkant van de welvaartsladder.
Koopkracht jarenlang toegenomen maar in 2010 gedaald
Grotendeels in lijn met de conjuncturele ontwikkelingen is de koopkracht van de Nederlandse bevolking de afgelopen 25 jaar vrijwel voortdurend gestegen. De piek in 2001 was vooral het gevolg van de belastingherziening in dat jaar. In 2010 daalde de koopkracht echter met 0,5 procent. Dit was het grootste koopkrachtverlies sinds 1985.
Vooral gepensioneerden werden getroffen met een koopkrachtverlies van 1,0 procent. Werknemers en zelfstandigen konden hun koopkracht nog ongeveer op peil houden. De zelfstandigen bij wie de koopkracht in 2009 met 1,1 procent teruggelopen was, slaagden er dus niet in om hun inkomenssituatie te verbeteren en bleven op het lagere niveau van een jaar eerder steken. Bijstandsontvangers gingen er in 2010 als enigen op vooruit.
(Bron CBS - 2012)
Koopkrachtontwikkeling in Nederland tussen 1985 en 2010
Inkomensongelijkheid in Nederland betrekkelijk klein
Vergeleken met andere landen is de inkomensongelijkheid in Nederland betrekkelijk klein. De afgelopen tien jaar is de ongelijkheid bovendien nauwelijks veranderd. In 2007 floreerde de economie, waarvan vooral de zelfstandige ondernemers profiteerden. Hierdoor nam de ongelijkheid iets toe.
De zelfstandigen werden in 2008 en 2009 echter ook als eersten weer geconfronteerd met de nadelige gevolgen van de economische crisis, wat een nivellerende uitwerking had op de inkomens. In 2010 nam de inkomensongelijkheid weer licht toe.
Vermogens van huishoudens sinds 2008 afgenomen
Van 2006 tot 2008 nam het het mediane vermogen van huishoudens toe van 41 duizend euro tot 49 duizend euro. Daarna daalde het vermogen met 40 procent tot 29 duizend euro in 2011. Deze vermogensdaling is voornamelijk het gevolg van de waardevermindering van de eigen woning. Bijna zes op de tien huishoudens hebben een eigen woning. De doorsnee-waarde hiervan nam af van 256 duizend euro begin 2008 tot 233 duizend euro begin 2011. Ook namen in deze periode de hypotheekschulden toe: van 143 duizend tot 160 duizend euro.
Meer welbevinden en gezondere leefstijl bij welgestelden
Bij ongeveer 16 procent van de huishoudens is er sprake van hoge welvaart: ze behoren tot de 10 procent huishoudens met het hoogste inkomen en/of bij de 10 procent met het grootste vermogen. Personen uit deze welgestelde huishoudens geven iets vaker dan anderen aan gelukkig te zijn.
Het onderscheid is echter niet zo groot: 93 procent versus 88 procent. De welgestelden van 12 jaar en ouder roken beduidend minder, maar drinken wel vaker en meer alcohol. Verder hebben ze iets minder dikwijls ernstig overgewicht en sporten ze over het algemeen meer dan personen met minder welvaart.
Welvaart in Nederland. Inkomen, vermogen en bestedingen van huishoudens en personen ISBN: 978-90-357-1657-5 Prijs: € 14,30 (exclusief verzendkosten) Bestel deze publicatie. Algemene verkoopinformatie kunt u vinden bij de afdeling verkoop.