Ouderen leven thuis niet langer en hebben vaak dezelfde zorgkosten
Nieuws -> InformatiefBron: RIVM
08-07-2018
De laatste twintig jaar blijven ouderen steeds langer thuis wonen. Vaak omdat ze dat graag zelf willen, maar ook omdat de toegang tot intramurale ouderenzorg lastiger is gemaakt. Thuiszorg of zorg in een verpleeghuis of verzorgingshuis: voor veel ouderen maakt het nauwelijks uit. Ze leven thuis niet langer en hebben ongeveer even hoge zorgkosten. Dat blijkt uit een studie van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), het CPB en de Erasmus Universiteit. De uitkomsten van deze studie zijn gepubliceerd in het tijdschrift Economisch Statistische Berichten (pdf 2 pagina’s).
De laatste 20 jaar blijven ouderen steeds langer thuis wonen. Dat komt niet alleen omdat de voorkeuren van ouderen veranderen, maar ook omdat het beleid hierop gericht is. De studie toont aan dat voor een grote groep ouderen het qua sterfte en zorgkosten nauwelijks uitmaakt of ze een indicatie krijgen voor thuiszorg of intramurale zorg. Dit blijkt uit een analyse van indicaties voor intramurale zorg die tussen 2009 en 2013 zijn gesteld. Voor ongeveer 50 duizend ouderen boven 65 jaar die voor het eerst zo’n indicatie aanvroegen, is gekeken naar sterfte, zorgkosten en ziekenhuisgebruik.
(Foto Amstelveenweb.com - 2014)
Ouderen aan het oefenen in de fitnesstuin van Zorgcentrum Aalsmeer op 3 juni 2014
Sterftekans. Het onderzoek toont aan dat de sterftekans voor de groep mensen met thuiszorgindicatie ongeveer even groot is als voor de groep mensen met een indicatie voor intramurale zorg. Toegang tot de intramurale zorg verlaagt wel de kans op een ziekenhuisopname. Mogelijk wordt de ziekenhuiszorg deels overgenomen door de zorginstelling. Verder zijn de totale zorgkosten van ouderen met een indicatie voor intramurale zorg niet hoger dan voor ouderen met een indicatie voor thuiszorg: de ruim 12.000 euro extra voor intramurale zorg over de periode van twee jaar na indicatie wordt gecompenseerd door lagere kosten aan thuiszorg en ziekenhuiszorg.
De onderzoekers benadrukken dat dit onderzoek zich heeft beperkt tot ouderen die een aanvraag voor intramurale zorg indienden en dat ze geen uitspraken kunnen doen over de groep ouderen die een thuiszorgindicatie aanvraagt. De laatstgenoemde groep heeft over het algemeen een betere gezondheid dan de groep ouderen die intramurale zorg aanvraagt. Ook stellen de onderzoekers dat er verder onderzoek nodig is naar andere kosten en baten, zoals de effecten op de kwaliteit van leven van ouderen, en op het welzijn van de familie en andere mantelzorgers.
Volgens de onderzoekers overlijden ouderen met een indicatie voor verpleeghuiszorg even snel als vergelijkbare ouderen met een indicatie voor thuiszorg, maar gaan minder vaak naar het ziekenhuis. Het onderzoek gaat over de jaren 2009-2013. Hierna hebben er een aantal grote hervormingen in de zorg plaatsgevonden. Hervormingen in de periode 2013-2015 waren gericht op een vermindering van het gebruik van intramurale zorg en op een verplaatsing van de organisatie en financiering van de thuiszorg van de regionale zorgkantoren naar de gemeenten toe.