Persoonlijke gegevens van slachtoffers niet beschikbaar voor verdachten
Nieuws -> InformatiefBron: Rijksoverheid
14-12-2015
Persoonlijke gegevens van slachtoffers, zoals adres, telefoonnummer, of woonplaats worden niet langer standaard beschikbaar gesteld aan de verdachte en zijn advocaat. Dat schrijft minister van Veiligheid en Justitie Van der Steur vandaag aan de Tweede Kamer. Door deze en andere maatregelen wil Van der Steur de privacy van slachtoffers in de toekomst beter beschermen. “Privacy is juist voor slachtoffers van criminaliteit een groot goed. Door op een andere manier te informatie te delen, kunnen we een eind maken aan onnodige inbreuken op de privacy en de positie van slachtoffers verbeteren.“
Uit een onderzoek van het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (WODC), de VU en het Nederlands Studiecentrum voor Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) blijkt, dat slachtoffers over het algemeen tevreden zijn over de bescherming van hun privacy door organisaties, zoals de politie en het Openbaar Ministerie. Maar het feit, dat verdachten via het procesdossier inzage hebben in hun persoonlijke gegevens is slachtoffers een doorn in het oog. Deze inbreuk op de privacy van slachtoffers is volgens het onderzoek voornamelijk het gevolg van de manier, waarop in de strafrechtsketen persoonlijke informatie van slachtoffers wordt geregistreerd en gedeeld.
(Bron Rijksoverheid - 2015)
Ard van der Steur (VVD) minister van Veiligheid en Justitie
Persoonlijke informatie van het slachtoffer is wel noodzakelijk voor politie en justitie om het slachtoffer te kunnen identificeren en met het slachtoffer te communiceren. Het is voor de strafzaak echter vaak niet nodig om persoonlijke gegevens van het slachtoffers standaard te delen te delen met de verdachte. Daarom wil minister Van der Steur toe naar een systeem, waarbij persoonlijke informatie van het slachtoffers alleen wordt gedeeld met organisaties en personen als dat noodzakelijk is. Als eerste stap op weg naar dit systeem zal een analyse worden gemaakt waarbij in kaart wordt gebracht welke partijen in het strafproces over welke persoonlijke informatie van het slachtoffer moeten kunnen beschikken en met welk doel. De Tweede Kamer zal in het najaar van 2016 worden geïnformeerd over de uitkomsten van deze analyse.
Daarnaast wordt al per 1 januari 2016 een nieuw voegingsformulier geïntroduceerd voor slachtoffers die zich willen voegen als benadeelde partij. Om de privacy van het slachtoffer in deze procedure beter te beschermen wordt in dit nieuwe formulier voortaan alleen nog gevraagd naar de minimaal noodzakelijke persoonsgegevens van het slachtoffer. Persoonlijke gegevens van het slachtoffers, zoals het woonadres en telefoonnummer worden wel geregistreerd, maar komen niet meer terecht in het strafdossier. Ook is het nieuwe formulier eenvoudiger van opzet, korter en duidelijker. Ook hiermee wil Van der Steur de privacy van slachtoffers beter beschermen.