Reactie op de ZEMBLA uitzending over de kunstgraskorrels
Nieuws -> GemeenteBron: Gemeente Amstelveen
16-02-2017
Jeroen Brandes (PvdA) wethouder Jeugd informeert de leden van de gemeenteraad van Amstelveen over het televisieprogramma van ZEMBLA het dossier kunstgrasrubber:
'Geachte raadsleden,
Het televisieprogramma ZEMBLA heeft woensdag 15 februari 2017 een vervolg uitgezonden op de uitzending van 5 oktober 2016 over kunstgraskorrels met de titel: 'Gevaarlijk spel, het vervolg'. ZEMBLA vraagt zich af, of het dossier kunstgrasrubber dicht kan, of dat er nog steeds zorgen zijn over de veiligheid van de korrels.
(Foto Amstelveenweb.com - 2017)
Jeroen Brandes (PvdA) wethouder Jeugd
Zembla besteedde aandacht aan een recent onderzoek van de VU naar de effecten van stoffen die uitlogen uit rubbergranulaat bij zebravisjes en -embryo’s. Naar aanleiding van de uitkomsten, die niet één op één vertaald kunnen worden naar mensen, bepleiten de onderzoekers, dat meer onderzoek nodig is naar de gezondheidsrisico’s van kunstgraskorrels bij mensen. Het RIVM heeft in bijgaande reactie laten weten, dat het VU onderzoek geen aanvullende inzichten geeft over risicoschatting en schadelijke effecten op mensen. De studie zou te klein zijn en de onderzoeksmethode niet representatief genoeg voor veldomstandigheden.
Wij hebben de uitzending ook bekeken en begrijpen, dat de maatschappelijke onrust hierdoor opnieuw kan worden aangewakkerd. We zien ook, dat er in de uitzending beeld is getoond over onderzoek, waarvan de rapportage nog niet is afgerond, of openbaar is gemaakt en er zonder deze onderbouwing alarmerende signalen worden afgegeven die wij nu nog niet op waarde kunnen schatten.
Ontwikkelingen nauwlettend volgen
Wij hebben op dit moment geen inzage in feiten die er toe leiden, dat het sporten op kunstgrasvelden nu opeens niet veilig zou zijn. Uiteraard blijven wij de ontwikkelingen over andere manieren van het aanleggen van voetbalvelden op de voet volgen. Zo bereidt de Vereniging Sport en Gemeenten samen met de meeste relevante partners een overzicht voor van wat op dit moment bekend is over soorten invulmateriaal.
Het gaat naast het rubbergranulaat, met name om de kunststof variant TPE en de kokos- of kurkoptie. Producten die kort op de markt zijn en waar nog weinig lange termijn ervaringen mee zijn opgedaan, zowel wat betreft de sporttechnische eigenschappen als ook de effecten op de gezondheid van spelers. De VSG kijkt naar de bespeelbaarheid en levensduur (stuiteren, rollen, vervanging, etc.), de relatie met gezondheid en de milieueffecten en verwacht ons in maart hierover te kunnen berichten. Daarnaast verwachten we in maart de onderzoeksresultaten van het European Chemicals Agency, dat momenteel in opdracht van de Europese Commissie onderzoek doet naar de samenstelling van de stoffen van rubbergranulaat en de effecten daarvan op de gezondheid van mensen.
Hoewel we mogelijke zorgen begrijpen, geeft de ZEMBLA uitzending naar onze mening geen aanleiding om te veronderstellen, dat het spelen op kunstgras nu moeten worden ontraden. Zodra zich nieuwe ontwikkelingen voordoen, informeren we u opnieuw.
Met vriendelijke groet,
Jeroen Brandes wethouder Jeugd
Reactie RIVM op onderzoek VU naar effect rubbergranulaat op zebravissen- en embryo’s
Een team onder leiding van Prof. Jacob de Boer heeft onderzoek gedaan naar de effecten van stoffen die uitlogen uit rubbergranulaat. De VU maakt hierbij gebruik van zebravissen-embryo’s. Het RIVM is gevraagd om een reactie op dit onderzoek in relatie tot de conclusie, dat het verantwoord is om te sporten op kunstgrasvelden ingestrooid met rubbergranulaat.
Het RIVM heeft contact gezocht met het onderzoeksteam van de VU en gevraagd om een toelichting op het onderzoek. Daaruit blijkt:
Er is geen afgeronde publicatie, of rapportage
Er zijn geen ruwe meetgegevens beschikbaar gesteld, omdat aan een publicatie wordt gewerkt
Het betreft een aantal testen, van beperkte omvang en van kwalitatieve aard waaruit, ook naar het oordeel van de onderzoekers, op dit moment geen kwantitatieve conclusies zijn te trekken
(Bron Wikipedia - 2017)
De zebravis, of zebradanio (Danio rerio) is een kleine tropische vis die veel in tropische aquaria gehouden wordt. Zebravissen worden in de wetenschap steeds populairder als modelorganisme. Zebravissen kunnen evenveel fundamenteel biologische kennis geven als het meest gebruikte proefdier, de muis
Er is veel rubbergranulaat aan water toegevoegd; dat is vervolgens langdurig intensief geschud. Daardoor is er veel uitloging (hogere concentraties in het extract), die naar het oordeel van RIVM niet representatief is voor veldomstandigheden
Er worden wél duidelijk effecten op de zebravissen-embryo’s gevonden; de embryo’s komen niet tot ontwikkeling
Er is geen informatie beschikbaar over de stoffen of de combinatie van stoffen die de geconstateerde effecten op de embryo’s kunnen verklaren
Wat leert dit onderzoek ons:
Er logen stoffen uit (SBR-)rubbergranulaat
Er komen organische stoffen vrij, niet alleen PAK’s
Het is niet duidelijk in hoeverre de bio-actieve stoffen zware metalen betreffen
Deze stoffen kunnen schadelijk zijn voor organismen, zoals zebravissen. Voor sommige stoffen, zoals zink, zijn zebravissen veel gevoeliger dan mensen.
Dit komt overeen met het RIVM onderzoek.
Het RIVM neemt het VU-onderzoek serieus. Het onderzoek geeft nieuw inzicht, maar het inzicht is onduidelijk, omdat we niet weten om welke stoffen het gaat en in hoeverre de situatie in de proef relevant is voor de blootstelling voor de mens. Dergelijk onderzoek kan resultaten geven over de schadelijkheid van de stoffen die uitlogen uit rubbergranulaat voor het milieu. Het VU zebravis-onderzoek kan ook relevante informatie geven over schadelijke effecten op de mens, maar dit kan pas beoordeeld worden als meer en kwantitatieve informatie voorhanden is.
Het RIVM heeft onderzocht in welke mate stoffen uit het rubbergranulaat vrijkomen en hoe sporters met die stoffen in contact komen. Daarbij zijn de meest informatieve kwantitatieve zoogdier-studies gebruikt om de vertaling te kunnen maken naar effecten voor de mens. In vergelijking met die kwantitatieve zoogdierstudies geeft het huidige onderzoek van de VU geen aanvullende inzichten voor wat betreft de risicoschatting voor de mens.