VVD en CU debat over koopzondagen in Amstelveen

Moeten er meer koopzondagen komen in Amstelveen of niet? De VVD is warm voorstander, vooral om de concurrentiepositie van het Stadshart op peil te houden. De ChristenUnie denkt daar, om Bijbelse redenen anders over.

Twee fractievoorzitters; Hans Bulsing van de VVD en Jacqueline Koops (CU) stonden maandagavond 30 maart 2009 tegenover elkaar bij de Vereniging Amstelveense Detailhandelsorganisaties (VAD) in het KPMG gebouw.

(Amstelveenweb.com collectie - 2009)

De secretaris van VAD, de heer Nico Boxtel was de discussieleider. Stelling 1 was: 'Indien in de regio geen beperkingen gelden in koopzondagen, is het de verantwoordelijkheid van de Amstelveense politiek, ook de Amstelveense detailhandel deze mogelijkheid te bieden'


(Amstelveenweb.com collectie - 2009)


De discussieavond werd in het KPMG gebouw gehouden. Aan tafel zitten de Amstelveense winkeliers, het bestuur van VAD en de twee fractieleiders met verschillende visies op koopzondagen


De stelling 2 was: 'Bij behoud van de huidige 18 koopzondagen in het Stadshart, moeten individuele ondernemers elders in Amstelveen het recht krijgen hierop aan te sluiten en dient openstelling niet door de overheid per winkelgebied bepaald te worden.' En vervolgens stelling 3 was: 'De kredietcrisis vraagt om optimale ondersteuning van detaillisten en een ondernemer mag zijn zaak openen, wanneer hij dat wil.'


(Amstelveenweb.com collectie - 2009)

Fractievoorzitter Jacqueline Koops-Scheele van de ChristenUnie zei in haar toespraak: 'De ChristenUnie vindt, dat een wet is gemaakt en in die wet is het uitgangspunt, dat er geen koopzondagen zijn. Je kunt het toestaan, als er een toeristisch gebied aanwezig is, anders niet.'

Omdat volgens haar Amstelveen geen toeristisch gebied is, het is duidelijk, dat hier geen koopzondagen kunnen worden gehouden.


(Amstelveenweb.com collectie - 2009)

Hans Bulsing fractievoorzitter van VVD zei vervolgens, om de discussie aan te wakkeren: 'De winkeltijdenwet is eigenlijk de opvolger van de zogenaamde winkelsluitingstijd, welke een naoorlogs product was uit de periode, dat de overheid met alles en nog wat mee zich bemoeide.In de loop van de tijd is de opvatting gewijzigd en werd de winkeltijdenwet ingevoerd. Deze wet gaf meer mogelijkheden voor de winkeliers, om koopavonden en een aantal koopzondagen te houden. Het standpunt van de VVD is, dat de winkeltijdenwet moet worden afgeschaft en de overheid zich niet moet bemoeien, hoe een zaak wordt georganiseerd'.

„Als ik tijdens de vakantie op zondag door steden als Milaan en Parijs wandel, waar alles is geopend, dan denk ik wel eens 'wat woon ik toch in een boerendorp'." Deze verzuchting klonk maandagavond op uit de mond van VVD-fractievoorzitter Hans Bulsing. De discussie spitste zich toe op nut en noodzaak van koopzondagen.

Hoewel het geen verassing mag heten, dat Bulsing voorstander is van een ongelimiteerde openstelling van de winkels, terwijl Koops de zondagsrust wil respecteren, blijkt het belang de koopzondag zeer centrum- en branchegebonden.

Het Stadshart heeft groot belang bij koopzondagen, hoewel over het aantal kan worden getwist. Het grootwinkelbedrijf wil iedere zondag open, het MKB vindt de 18 van dit moment meer dan voldoende. De wijk- en buurtcentra hechten nauwelijks waarde aan koopzondag.

Voor speciaalzaken buiten het Stadshart is het aantrekkelijk om de koopzondagen op dezelfde dagen te kunnen plannen als die in het Stadshart. Momenteel kent de gemeente nog een onderscheid tussen het Stadshart, de overige winkelcentra en de industrieterreinen. Voortschrijdend inzicht maakt, dat dat beleid achterhaald is.

Eén conclusie lijkt na het debat gerechtvaardigd: een uniforme regeling voor de koopzondagen wordt gewenst. „De consument moet bediend wórden," aldus een aanwezige.