Wat vieren wij tijdens Pasen?
Nieuws -> KerkBron: Amstelveenweb/Wikipedia
20-04-2019
Pasen (Latijnse pascha of Festum paschale, uit het Hebreeuws פֶּסַח pésach) is het feest van de opstanding van Jezus Christus. Omdat het lijden, de dood en de opstanding van Christus volgens het Nieuwe Testament in een Pesachweek viel, bepaalt de datum van dit Joodse hoofdfeest ook de datum van Pasen. Het wordt bepaald door een maankalender en valt in de westelijke kerk altijd op de zondag na de eerste volle maan van de lente, dus in de Gregoriaanse kalender op zijn vroegst op 22 maart en uiterlijk op 25 april. De data van de beweegbare feestdagen van de Paasfeestcirkel hangen hier ook vanaf.
In de Oude Kerk werd Pasen gevierd als een eenheid van lijdende herinnering en opstanding in de Paaswake ("Volledige Pasen"). Vanaf de 4de eeuw werd de hoogste viering in het kerkelijk jaar historisch ontvouwd als een driedaagse viering (Triduum Sacrum of Triduum paschale). Sindsdien zijn de erediensten in de meeste liturgieën uitgebreid van de viering van het Laatste Avondmaal op Witte Donderdag - de vooravond van Goede Vrijdag - tot Paaszondag, de dag van de rust van de Heer, tot de dageraad van de nieuwe week.
(Bron Wikipedia - 2019)
Verrijzenis geschilderd door Dieric Bouts, rond 1455. Dierick Bouts (* 1410-1420 in Haarlem; † 6 mei 1475 in Löwen), ook bekend als Dirk of Dieric, vroeger ten onrechte Stuerbout genoemd, was een Nederlandse schilder. Hij is de vader van Dierick Bouts de Jongere en Aelbert Bouts, die ook bekendheid verwierf als schilder. Naast zijn kerkschilderijen stond hij hoog aangeschreven om zijn portretschilderijen en werd hij beschouwd als een van de belangrijkste schilders van zijn tijd
Paaszondag (liturgisch Dominica Resurrectionis, 'Zondag van de Verrijzenis') is het begin van de Paasperiode van vreugde (Paastijd), die vijftig dagen duurt tot en met Pinksteren. In de Middeleeuwen ontwikkelde zich uit het oorspronkelijke triduum, dat de eerste drie dagen van het paasoctaaf onderscheidde van de rest van de feestweek, een aparte paastriduum. Later werd deze niet-werkperiode ingekort tot alleen Paasmaandag als wettelijke feestdag werd behouden.
Volgens de synoptiek vond de kruisiging van Jezus plaats op de belangrijkste feestdag van Pascha, de 15de Nisan. Volgens het Evangelie van Johannes stierf hij echter op de 14de Nisan, op hetzelfde moment dat de Pesach-lammeren in de Jeruzalem tempel werden geslacht. In het oorspronkelijke christendom wordt de dood van Jezus op deze manier meegesleurd in de geschiedenis van het lijden, aan de andere kant de hoop op de bevrijding van Israël. Zijn opstanding wordt gezien als een bevestiging van deze hoop en er wordt verwacht dat deze zich tot alle volkeren uitstrekt.
De Christelijke Eucharistie gaat terug naar het Avondmaal van Jezus, dat in de Evangeliën is afgebeeld en een Pesachmaaltijd is tussen de synoptica (Mc 14:12-26 EU). Daarnaast is er het symbool van Agnus Dei uit het Evangelie van Johannes (Johannes 1,29 EU) en in het bijzonder van Paulus uit 1Kor 5,7 EU, dat herinnert aan de Pesach-dieren die tot 70 na Christus in de tempel zijn geslacht.