Wonen in de regio Amsterdam is in beeld gebracht
Nieuws -> InformatiefBron: Stadsregio Amsterdam
17-05-2016
De regio Amsterdam groeit en is populair; het aantal huishoudens neemt toe. De regio vergrijst, ondanks de toenemende instroom van jongeren. De druk op de woningmarkt blijft in alle segmenten groot. Dit blijkt uit het regionaal woononderzoek ‘Wonen in de regio Amsterdam 2015’ (pdf 47 pagina’s). Het onderzoek is een initiatief van Stadsregio Amsterdam, waarin alle in de regio actieve woningcorporaties participeren. Ook Almere en Haarlem deden weer mee aan het regionale onderzoek.
Iedere twee jaar wordt onderzocht hoe huishoudens in de regio Amsterdam wonen, hoe tevreden ze zijn met hun woning en woonomgeving, wat hun woonwensen zijn en welke verhuisbewegingen plaatsvinden in de regio. Daarnaast wordt gekeken naar de inkomensontwikkeling en de ontwikkeling van de woningvoorraad. Het onderzoek geeft inzichten in de werking van de woningmarkt die vervolgens door gemeenten en de woningcorporaties in hun beleid worden verwerkt. Ook Almere en Haarlem deden deze keer weer mee aan het regionale onderzoek, daarnaast deed Weesp dit keer voor het eerst mee.
(Bron Stadsregio Amsterdam - 2016)
De regiogemeenten die onderdeel zijn van het regionaal woononderzoek Amsterdam
Druk op woningmarkt in alle segmenten. De belangstelling voor wonen in de regio Amsterdam neemt toe. In 2015 waren er 896.601 huishoudens in de Stadsregio Amsterdam, Almere en Haarlem. Een groei van 7,6% ten opzichte van 2009 (+3,3% ten opzichte van 2013). Ook wordt er meer verhuisd, vooral in de koopsector. Het gaat dan vooral om jongeren en huishoudens met een hoger inkomen die hun woning in de stad verruilen voor een woning in de regio. Vooral de verhuisstromen naar Stadsregio-Zuid en Haarlem zijn toegenomen. Maar door de populariteit van de regio, het toegenomen aantal verhuizingen binnen de regio én de toestroom van mensen van buiten de regio, blijft de druk op de woningmarkt in alle segmenten groot. Dat betekent hoge prijzen.
Aandacht voor betaalbare woningen. De toegenomen druk geldt ook voor het (sociale) huursegment. Daarom is extra aandacht nodig voor het toegankelijk en betaalbaar houden van de woningmarkt voor huishoudens met lagere (en lagere midden)inkomens. De sociale huurvoorraad is in omvang afgenomen. Tegelijkertijd worden de woningen in de sociale huursector wel doelmatiger bewoond. Er is minder sprake van ‘goedkope scheefwoners’, wat wil zeggen, dat er minder huishoudens met hoge inkomens in goedkope huurwoningen wonen.
Vrije sector huurvoorraad neemt toe. Het aantal huurwoningen in de vrije sector groeit. De vrije sector is relatief klein en beslaat ongeveer 9% van het totaal aantal woningen. Daarbij zoekt 7% van alle woningzoekenden een huis in de vrije huursector. Het is vooral een belangrijk segment voor starters en instromers van buiten de regio op de woningmarkt in de regio Amsterdam. De woonlasten in de vrije sector zijn wel flink gestegen; een huurquote van 40% is geen uitzondering. Voor veel huishoudens met een laag middeninkomen (lager dan €44.657) is deze markt daardoor beperkt toegankelijk.