8.820 nieuwe coronameldingen in september 2022 in Nederland
Nieuws -> GezondheidBron: RIVM
23-09-2022
Afgelopen week steeg in Infectieradar het deel van de deelnemers met COVID-19-achtige klachten (3,1%) opnieuw ten opzichte van de week ervoor (2,4%). Het aantal aan de GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) gemelde personen met een positieve coronatestuitslag (SARS-CoV-2) steeg licht (+6%) vergeleken met de week ervoor. Het aantal bij de GGD geteste personen steeg ook licht (+8%). Het reproductiegetal op basis van meldingen van positieve testen lag op 6 september op 0,97 (0,91 – 1,04) – meldt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)
Het aantal nieuwe ziekenhuisopnames van patiënten met SARS-CoV-2 bleef stabiel (-3%) vergeleken met de week ervoor. Het aantal nieuwe patiënten met SARS-CoV-2 op de IC (intensive care) bleef relatief laag met 18 opnames (+13%), waar dat vorige week 16 opnames waren.
Rioolwatersurveillance. In het rioolwater steeg het landelijk gemiddelde aantal virusdeeltjes in week 36 (5–11 september) met 21,2%, maar in de eerste helft van week 37 (12-14 september) daalde deze weer met 22,6%. De regio’s die in eerstgenoemde week het hardst stegen (Brabant-Noord) of het hoogste rioolcijfer lieten zien (Gooi en Vechtstreek en Brabant-Zuidoost), daalden in de daaropvolgende weekhelft het sterkst. De omikronvariant BA.5 werd in het rioolwater nog steeds het meest waargenomen. Er werd in één monster een deltavariant gevonden en in één monster de BA.2.75 variant.
Virusvarianten uit de kiemsurveillance. De omikronvariant heeft tot op heden vijf subvarianten die met extra aandacht worden gevolgd: de zogenaamde BA.1, BA.2 (inclusief subvariant BA.2.75 en BA.2.12.1), BA.3, BA.4 en BA.5 varianten. Deze nieuwe varianten lijken volgens de WHO (World Health Organization ) niet ziekmakender dan de BA.2-variant die recent het meest in Nederland voorkwam. Wel zijn er aanwijzingen dat antistoffen minder effectief zouden kunnen zijn tegen deze varianten. Subvariant BA.5 is in juni dominant geworden in Nederland. Het aandeel van deze en andere varianten wordt in de kiemsurveillance gemonitord en daarnaast ook bepaald middels variant PCR (polymerase chain reaction).
Sinds juli 2022 wordt in verschillende landen een subvariant van de BA.2 gezien: de BA.2.75. Deze variant is onder meer aangetroffen in India, Australië, Japan, Canada, de Verenigde Staten, Duitsland, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk. In Nederland zien we deze variant in de kiemsurveillance toenemen. Het is nog te vroeg om te kunnen inschatten of dit zal leiden tot een toename in aantal corona-infecties. De BA 2.75 lijkt door kleine specifieke veranderingen de opgebouwde afweer tegen COVID-19 (door vaccinatie of een infectie) gemakkelijker te kunnen omzeilen. Er zijn geen aanwijzingen dat deze variant meer ziekmakend is dan de overige omikron varianten. In de landen om ons heen lijkt deze variant net als in Nederland langzamerhand toe te nemen. Het RIVM volgt de situatie op de voet.
De prognose voor verdere ontwikkeling van het aandeel van deze BA.2.75 op basis van de meest recente gegevens uit de kiemsurveillance suggereert dat BA.2.75 mogelijk later dit jaar dominant kan worden. Echter, de onzekerheidsmarge is nog erg groot. Deze prognoses worden wekelijks bijgewerkt met nieuwe data uit de kiemsurveillance.
Tussen 13 september t/m 20 september 2022 waren er 8.820 gemelde personen met een positieve coronatest uitslag (SARS-CoV-2). Totaal aantal nieuwe ziekenhuisopnames van patiënten met SARS-COV-2 (inclusief IC-opnames week 37): 249.