Bijgewerkt: 21 november 2024

Drugsvrije jongerencentra: een utopie?

Nieuws -> Politiek

Bron: Jacqueline Koops
27-06-2008

Door: Jacqueline Koops, ChristenUnie

Als raadslid heb ik de laatste tijd met diverse mensen (raadsleden, jongerenwerkers, verslavingsdeskundigen, ouders)  gesproken over hoe jongerencentra drugsvrij kunnen worden. Daarbij lopen de meningen fors uiteen. De heersende gedachte bij zowel Cardanus als de wethouder, en die ook in de praktijk is ingezet, is: gedoog dat jongeren drugs blijven gebruiken in de rookvoorziening van het jongerencentrum. Dan heeft immers de buurt geen last van ze, maar zo kunnen de jongerenwerkers wel met ze praten over de gevaren van drugsgebruik.

Canvas Amstelveen
(Amstelveenweb.com collectie - 2005)

Jacqueline Koops-Scheele raadslid en fractievoorzitter van de ChristenUnie


De ChristenUnie heeft een andere visie. In deze visie is de doelstelling om te komen tot gezonde jeugd, een jeugd die (weer) toekomst krijgt. Wij willen jongeren niet afschrijven door te gedogen dat ze drugs gebruiken in een jongerencentrum, ook al zou dat gebruik zich slechts beperken tot de rookkamer. Wij zouden het liefst zien dat het gehele jongerencentrum rook- en drugsvrij wordt. Roken en blowen moet dus buiten gebeuren. Timmer een luifel of maak een afdakje en zet daar een afvalbak neer voor de peuken en de as.

Scherm een gedeelte af, dat daarbij hoort. De jongeren kunnen dan daar hun sigaretje roken. Blowen kan je buiten (in principe) niet verbieden, dus dat zal dan ook daar kunnen gebeuren. Het lijkt dus enigszins op wat er gebeurt in het bedrijfsleven en ook in de meeste (kleine) horeca. Bij kleine kantoren staan mensen ook buiten te roken (soms zelfs gewoon op de stoep) en is intern geen rookvoorziening. Maar binnen is het wel volledig rookvrij.

Als de jongeren op die manier buiten roken en blowen, dan kunnen de jongerenwerkers nog steeds de jongeren gemakkelijk bereiken, omdat het afdakje vastzit aan het centrum. Maar het belangrijkste hiervan is dat je het juiste signaal aan de jongeren geeft. Je geeft immers duidelijk aan dat het gebruik van drugs niet mogelijk is binnen het centrum. Het signaal moet heel duidelijk zijn dat blowen zeer ongezond is en niet kan worden geaccepteerd, en ook niet wordt geaccepteerd.

Het is natuurlijk nogal tweeslachtig om als jongerenwerker tegen jongeren te zeggen dat blowen je toekomst kapot kan maken, maar ondertussen blowen in het centrum wel gewoon toe te staan. Kom je dan nog geloofwaardig over? Hoe is dit voor jongerenwerkers, is dat nog wel leuk om dat steeds te moeten zeggen tegen blowende jongeren? Kan je dan nog wel een band met ze opbouwen of word je dan die zeur die weer komt zeuren over dat blowen zo ongezond is? Is het niet prettiger om de jongeren dan onder het afdakje te kunnen sturen en een praatje met ze aldaar te maken? En als iedereen maar binnen mag blowen, hoe is dit voor andere jongeren, zullen zij ook niet denken dat het eigenlijk heel normaal is om te blowen?

Terug naar de praktijk. Hoe kom je tot zo’n aanpassing van het huidige gedoogbeleid? Een voorbeeld. In Down town, zo heb ik mij laten vertellen, zit een groep jongeren die vroeger overlast in de buurt veroorzaakte. Deze groep is sinds december 2007 het jongerencentrum binnengehaald door de jongerenwerkers.

De prijs die daarvoor werd betaald, was wel dat het gebruik van drugs werd toegestaan. Van die groep, die nu zo’n beetje de enige groep is geworden die er zit, blowt zo’n 90%. We zijn nu ruim een half jaar verder. Wat gaan we doen? Die jongeren gewoon laten doorblowen? Ik heb hierover mijn oor te luisteren gelegd bij de Brijderstichting, de stichting die actief is in de verslavingszorg en 2x per jaar voorlichting geeft in de Amstelveense jongerencentra.

Zij zeggen ook: je moet op een gegeven moment jongeren wel leren dat er grenzen en regels zijn zodat ze geleidelijk aan meer drugsvrij worden. Je zou nu kunnen zeggen: “Hé, jongens, luister, over acht maanden komt er een blowverbod. Daar willen we jullie op voorbereiden. Er mag dan alleen nog maar buiten worden geblowd, onder het afdakje.” Tuurlijk vinden jongeren dat niet leuk, maar bereid ze goed voor, zodat ze er aan kunnen wennen. Kom niet zomaar opeens met een verbod!

Het gaat niet om het verbod, het gaat om die jongens en meiden. Om hun welzijn, hun welbevinden. Dat zijn ze waard. Laat een avond bijvoorbeeld de bekende ex-verslaafde Keith Bakker komen om in debat te gaan met de jongeren, nodig ook dj Armin van Buuren uit voor een spetterend feest erna, serveer gratis hapjes en frisdrankjes, de ChristenUnie is bereid om in dat alles te investeren. 

Overigens is in dit alles altijd het ontmoedigingsbeleid ook van belang en alle maatregelen die daarin worden voorgesteld. Dat hoeft heus niet minder als er slechts buiten mag worden geblowd. Dat blijft dus op hetzelfde peil of stop er zelfs nog meer tijd, energie en geld in.

Dan de laatste vraag. Waarom blowt de jeugd? Ik ben het met Nachshon Rodrigues Pereira eens als hij zegt dat er onderliggende redenen zijn waarom er wordt geblowt, zoals een roep om aandacht. Volgens de ChristenUnie liggen daaronder vaak weer angsten, afwijzing, pijn. Ik ben het ook met hem eens dat we op tijd moeten signaleren als jongeren in de problemen komen, thuis of op school.

En dat we dat moeten aanpakken op de leeftijd van rond twaaf jaar, op de basisschool. Zeker. Daar heb ik ook op meermalen op gehamerd tijdens raadsdebatten over Jeugd & Veiligheid. Maar daarnaast vraag ik een oplossing voor de huidige groep die nu blowt. Daar komen die maatregelen te laat voor. Deze groep heeft ook recht op een drugsvrije toekomst.

Let wel, het blowen gebeurt zeker niet alleen in jongerencentra. Op scholen (dwz in de buurt van het schoolplein) wordt ook veel geblowd, zo hoor ik van jongeren zelf. Maar als gemeenteraad moet we eerst de hand in eigen boezem steken, eerst in onze eigen, gemeentelijke accomodaties.

Ten slotte, de motie die de ChristenUnie op de raadsvergadering van 25 juni 2008 indiende, en waarin werd gesteld dat het college het ertoe moet leiden dat de jongerencentra “zoveel mogelijk” drugsvrij zijn, werd door de wethouder uitgelegd als dat blowen in de rookkamer gewoon nog kan. Nu de wethouder het blowen in een rookvoorziening als het ‘zoveel mogelijk’ terugdringen ziet, als hij dat ziet als het uiterst bereikbare, dan is dat voor de ChristenUnie ab-so-luut reden om de motie in te trekken. Wij delen die visie van de wethouder niet. Er valt meer te realiseren. Dat moge bovenstaande duidelijk maken.



Amstelveenweb.com is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de nieuwsberichten.