Gemeenteraad wil beter inzicht in kosten kunstgrasvelden

Tussen de gemeente en het platform van de sportverenigingen aan de Sportlaan is een verschil van inzicht ontstaan over de kosten van de herstructurering van de sportvelden. Dit heeft zich toegespitst op de kosten van de aanleg van nieuwe kunstgrasvelden voor hockey en voetbal en  de kosten voor het verwijderen van bestaande kunstgrasvelden.

Raadslid John Levie van Burgerbelangen Amstelveen (BBA), die zich in de materie heeft verdiept, kon de in het algemeen aanmerkelijk hoger begrote kosten van de gemeente niet verklaren.

“Het is van groot belang om uit te gaan van juiste bedragen, want anders loop je als gemeente de kans, dat je uiteindelijk teveel betaalt. Maar ook bij het maken van plannen is het natuurlijk van belang, dat je over de juiste bedragen praat, want anders doe je misschien belangrijke investeringen niet omdat je denkt dat er geen geld voor is. Als er dan uiteindelijk toch geld over blijft is het te laat om de plannen nog aan te passen”, aldus John Levie.

Tijdens een bijeenkomst van de sportwoordvoerders is een breed gesteund voorstel aangenomen om het onafhankelijke Instituut voor Sportaccommodaties( ISA), een spin-off van NOC*NSF, in te schakelen  voor een “second opinion”.

ISA is het adviesbureau en keuringsbureau voor vrijwel alle sportbonden, inclusief de KNVB en KNHB. Ook het nieuwe kunstgrasveld en de vervanging van een bestaand veld van de voetbalvereniging Martinus moeten in de 2nd opinion worden meegenomen.

Het onderzoek zal zo mogelijk nog deze week gebeuren om  vertraging bij de aanleg van sportvelden, de nieuwbouw van het Amstelveen College en de uitbreiding van de Internationale School van Amsterdam te voorkomen. Het relatief goedkope onderzoek moet worden gefinancierd uit het budget dat de gemeenteraad juist voor dit soort vragen ter beschikking staat.

De raad hoopt dat er nu op zeer korte termijn duidelijkheid zal zijn over de reële kosten van kunstgrasvelden, waarna de structurele en duurzame verbetering van de breedtesportfaciliteiten voortvarend verder ter hand kan worden genomen.